ECLI:NL:GHAMS:2021:1250
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en omgangsregeling na overeenstemming tussen partijen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 20 april 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake de echtscheiding tussen een man en een vrouw, die in 1988 in Syrië zijn gehuwd. Het huwelijk is op 18 september 2020 ontbonden. De man en de vrouw hebben samen een minderjarige zoon, die in 2010 in Syrië is geboren. De rechtbank Noord-Holland had eerder op 1 april 2020 de echtscheiding uitgesproken en bepaald dat de vrouw de huurwoning zou behouden. De man ging in hoger beroep tegen deze beschikking, maar op 28 januari 2021 bereikten partijen overeenstemming over hun geschilpunten. De man heeft zijn verzoeken ingetrokken en het hof heeft op basis van de ontvangen stukken beslist zonder verdere zitting.
De partijen hebben afgesproken dat de echtscheiding wordt uitgesproken, dat de vrouw de zorg en opvoeding van de minderjarige op zich neemt, en dat de man recht heeft op omgang met de minderjarige om de twee weken. De vrouw krijgt het huurrecht van de woning, terwijl de man maximaal negen maanden in de woning mag verblijven. Het hof bekrachtigt de eerdere beschikking van de rechtbank en legt de gemaakte afspraken vast in de beschikking. De beslissing is openbaar uitgesproken door de rechters in aanwezigheid van de griffier.