ECLI:NL:GHAMS:2021:1078

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
15 april 2021
Publicatiedatum
16 april 2021
Zaaknummer
200.278.849/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verhoging van het onderzoeksbudget in een enquêterecht procedure

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 15 april 2021, wordt de verhoging van het bedrag dat het onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [A] ten hoogste mag kosten, behandeld. De Ondernemingskamer had eerder op 29 oktober 2020 een onderzoek bevolen naar het beleid van [A] over de periode vanaf 1 oktober 2016. Dit onderzoek werd uitgevoerd door drs. P.J. Schimmel, die op 25 februari 2021 werd ontheven uit zijn functie als onderzoeker. De kosten van het onderzoek waren eerder vastgesteld op € 40.000, exclusief btw. Na de ontheffing van Schimmel werd mr. R. Mulder aangewezen als opvolgend onderzoeker.

Mulder diende een begroting in van € 31.650, exclusief btw, voor het vervolg van het onderzoek. De Ondernemingskamer heeft de begroting beoordeeld en vastgesteld dat de uurtarieven van Mulder en zijn kantoorgenoten redelijk zijn, gezien de aard en omvang van de zaak. De partijen, vertegenwoordigd door hun advocaten mr. J.A. Endtz en mr. M.J.W. van Ingen, hebben aangegeven akkoord te zijn met de begroting.

De Ondernemingskamer heeft besloten het eerder vastgestelde onderzoeksbudget te verhogen met € 1.637,25, zodat Mulder over het benodigde bedrag kan beschikken. De kosten van het onderzoek komen ten laste van [A], die ook aanvullende zekerheid moet stellen voor de betaling van het verhoogde bedrag. De beschikking is openbaar uitgesproken op 15 april 2021.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.278.849/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 15 april 2021
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DU SOLEIL CONSULTANCY B.V.,
gevestigd te Vinkeveen,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. J.A. Endtz, kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. M.J.W. van Ingen, kantoorhoudende te Den Bosch,
e n t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[B],
gevestigd te [....] ,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. M.J.W. van Ingen, kantoorhoudende te Den Bosch.

1.Het verloop van het geding

1.1
Verweerster wordt hierna aangeduid met VMV.
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 29 oktober 2020, 6 november 2020, 18 december 2020 en 25 februari 2021 in deze zaak.
1.3
Bij de beschikking van 29 oktober 2020 heeft de Ondernemingskamer een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van VMV over de periode vanaf 1 oktober 2016, dat zich met name richt op hetgeen onder 3.6 tot en met 3.11 van die beschikking is overwogen, een nader door de Ondernemingskamer aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten en de vaststelling van het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten aangehouden. Bij de beschikking van 6 november 2020 heeft de Ondernemingskamer drs. P.J. Schimmel RA CFE te Hilversum (hierna: Schimmel) benoemd teneinde het onderzoek te verrichten.
1.4
Bij de beschikking van 18 december 2020 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 40.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen.
1.5
Bij de beschikking van 25 februari 2021 heeft de Ondernemingskamer Schimmel ontheven uit de functie van onderzoeker, de vergoeding van de door Schimmel tot dan verrichte werkzaamheden en gemaakte kosten in verband met het onderzoek bepaald op € 9.987,25, de daarover verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, en mr. R. Mulder te Haarlem (hierna: Mulder) aangewezen als (opvolgend) onderzoeker. De Ondernemingskamer heeft Mulder gevraagd een plan van aanpak en een begroting van de kosten van het onderzoek te maken en kenbaar gemaakt dat partijen in de gelegenheid zullen worden gesteld zich over die begroting uit te laten en dat de Ondernemingskamer vervolgens indien nodig het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten zal aanpassen.
1.6
Mulder heeft bij e-mail van 7 april 2021 een plan van aanpak van het onderzoek aan de Ondernemingskamer gezonden. Daarin heeft hij uiteengezet op welke wijze hij, met behulp van twee kantoorgenoten, het aan hem opgedragen onderzoek zal uitvoeren en is een begroting met specificatie vervat van de kosten die naar verwachting in verband met het onderzoek zullen worden gemaakt. Deze kosten bedragen in totaal € 31.650 exclusief btw. De begroting gaat uit van een uurtarief van € 260 exclusief btw voor Mulder en van € 210 exclusief btw voor zijn kantoorgenoten.
1.7
Van de door de Ondernemingskamer aan partijen geboden gelegenheid te reageren op de begroting van Mulder hebben mr. Endtz en mr. Van Ingen namens hun cliënten gebruik gemaakt bij hun (afzonderlijke) e-mailberichten van 14 april 2021.

2.De gronden van de beslissing

2.1
Mulder heeft door middel van de gespecificeerde begroting voldoende toegelicht hoeveel uren naar verwachting door hem en door twee kantoorgenoten aan bepaalde werkzaamheden dienen te worden besteed. Hun uurtarieven zijn niet onredelijk, gezien de aard en omvang van de zaak, de te verrichten onderzoekswerkzaamheden en de kennis en ervaring van de onderzoeker. De begroting komt de Ondernemingskamer ook overigens niet onredelijk voor. Mr. Endtz en mr. Van Ingen hebben gemeld dat hun cliënten akkoord zijn met de begroting. De Ondernemingskamer zal aan de hand van de begroting het eerder vastgestelde onderzoeksbudget aanpassen.
2.2
Het onderzoeksbudget is bij de beschikking van 18 december 2020 vastgesteld op € 40.000 exclusief btw. Bij de beschikking van 25 februari 2021 is de vergoeding van Schimmel bepaald op € 9.987,25 exclusief btw, zodat van het vastgestelde onderzoeksbudget nog € 30.012,75 exclusief btw resteerde. Teneinde Mulder over het door hem begrote budget van € 31.650 exclusief btw ten behoeve van het verrichten van het onderzoek te kunnen doen beschikken, dient het eerder door de Ondernemingskamer vastgestelde onderzoeksbudget te worden verhoogd met € 1.637,25 exclusief btw.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verhoogt het bedrag dat het bij de beschikking van 29 oktober 2020 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van [A] ten hoogste mag kosten, rekening houdend met de bij de beschikking van 25 februari 2021 bepaalde vergoeding van Schimmel, tot € 31.650, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
bepaalt dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van [A] en dat zij ten behoeve van de onderzoeker op zijn verzoek en op de door hem te bepalen wijze (aanvullende) zekerheid dient te stellen voor de betaling van dit (verhoogde) bedrag;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. G.C. Makkink en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en prof. dr. mr. F. van der Wel RA en drs. J.S.T. Tiemstra RA, raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 15 april 2021.