Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
.
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
- a) De uitleg van het convenant met betrekking tot de periode na 30 juni 2016, 12 jaar na de ontbinding van het geregistreerd partnerschap. De man stelt zich op het standpunt dat hij na het verstrijken van deze termijn niet langer verplicht is de bijdrage aan de vrouw te voldoen, subsidiair dat deze bijdrage sindsdien slechts € 9.000,- per jaar dient te bedragen (grief I);
- b) De uitleg van het convenant met betrekking tot de hoogte van de bijdrage in de periode van 2014, in welk jaar de vrouw gerechtigd werd tot de AOW-uitkering, tot 30 juni 2016, het einde van de 12-jaarstermijn. Volgens de man diende de bijdrage reeds in die periode slechts € 9.000,- per jaar te bedragen (grief II);
- c) De man is van mening dat de vrouw het door hem (te veel) betaalde dient terug te betalen (grief III en verzoek in hoger beroep).
“De alimentatie zal worden voldaan gedurende de wettelijke periode van 12 jaren, doch zal nadien onverplicht levenslang worden voortgezet indien en zolang de inkomenspositie van de man en het saldo van zijn bezittingen en schulden zulks toelaten.”aldus dat de man na het verstrijken van de 12-jaarstermijn weliswaar niet langer op grond van de wet verplicht is alimentatie aan de vrouw te betalen, maar dat hij de verplichting op zich neemt daarmee door te gaan zolang zijn financiële situatie toereikend is. Voor deze lezing is bevestiging te vinden in de notitie, die de inhoud weergeeft van hetgeen voorafgaand aan het sluiten van het convenant met [X] is besproken. Onder 7 van de notitie is vermeld:
“Alimentatie is in principe verschuldigd door de alimentatieplichtige voor een periode van 12 jaar. [de man] is bereid om nu reeds in het convenant vast te leggen dat hij zolang [de vrouw] leeft alimentatie zal betalen, waarbij het uitgangspunt voor de hoogte van die alimentatie in de bijgevoegde berekeningen is gelegen.”
“onverplicht”alsnog een rechtens afdwingbare verplichting kan worden gelezen, heeft de man, die notaris is geweest en van wie kan en mag worden verwacht dat hij meer begrip heeft voor juridisch taalgebruik dan een gemiddelde leek, tegenover de duidelijke bewoordingen van het convenant en de notitie niet nader toegelicht, zodat het hof daaraan voorbijgaat.
“Gedurende de gehele periode waarin de alimentatie wordt betaald, blijft het netto inkomen steeds gelijk aan het begrote bestedingsniveau.”Volgens de berekeningen van het inkomen van de vrouw in de andere bijlagen is haar bestedingsniveau € 52.500,- per jaar.
“indien en zolang de inkomenspositie van de man en het saldo van zijn bezittingen en schulden zulks toelaten”.De man heeft weliswaar stellingen ingenomen ten aanzien van zijn box 1 inkomen, maar deze stellingen niet met stukken onderbouwd. Daarnaast heeft hij in het geheel niets aangevoerd met betrekking tot zijn overige inkomen en zijn vermogen.
“bestedingsniveau”gebruikt, en wel in verband met
“Gedurende de gehele periode waarin de alimentatie wordt betaald blijft het netto inkomen steeds gelijk aan het begrote bestedingsniveau”in artikel 5 van de notitie. In het licht daarvan leest het hof de door de rechtbank gebezigde term
“hetzelfde bestedingsniveau”als hetzelfde inkomensniveau.