Uitspraak
1.[A] ,
mr. C.J. Tijman, kantoorhoudende te Ede,
1.[B] ,
[C],
[D],
mr. J. Anema,kantoorhoudende te Amersfoort.
1.Het verloop van het geding
- verzoeker 1 met [A] ;
- verzoekster 2/verweerster met Vrede Oord Holding;
- belanghebbenden ieder afzonderlijk met [B] , [C] en [D] en gezamenlijk met [E]
2.Feiten
“Camping Vrede Oord zo spoedig mogelijk, tegen een zo hoog mogelijke prijs en tegen fiscaal zo gunstig mogelijke condities via stille verkoop te verkopen.”
Helaas hebben [C] en [B] (samen de meerderheid van de aandeelhouders) de wens om het bedrijf te verkopen. Hier zal ik mij noodgedwongen bij neer moeten leggen. Wel verwacht ik dat ook mijn verkoopvoorwaarden gerespecteerd worden. (op dit moment heb ik het gevoel dat mijn verkoopvoorwaarden genegeerd worden). Als DGA ben ik verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en vertegenwoordig ik onze klanten.” [A] heeft de overeenkomst niet ondertekend en opnieuw om inzage gevraagd in het e-mailverkeer met [J] , alsmede met de Vereniging van Recreatieondernemers in Nederland (RECRON) en ingeschakelde makelaars.
social media. Na bij e-mail van 14 juli 2020 van mr. Tijman nogmaals om informatie verzocht te zijn, heeft [D] bij e-mail van 21 juli 2020 opnieuw laten weten dat die informatie niet aan [A] wordt verstrekt. [D] heeft [A] daarop diezelfde dag namens zijn zussen aansprakelijk gesteld voor schade als gevolg van onbehoorlijk bestuur en verwijtbaar gedrag.