ECLI:NL:GHAMS:2020:3156

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
20 november 2020
Publicatiedatum
20 november 2020
Zaaknummer
23-003505-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de rechtbank Noord-Holland inzake verduistering, oplichting en diefstal

Op 20 november 2020 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, dat op 21 september 2018 was gewezen in de gevoegde strafzaken met de parketnummers 15-251235-17 en 15-141902-18. De verdachte, geboren in 1976, was in eerste aanleg onder meer vrijgesproken van enkele tenlastegelegde feiten. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte onbeperkt hoger beroep heeft ingesteld, maar dat er geen hoger beroep openstaat tegen de vrijspraken, zoals bepaald in artikel 404, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering. Daarom heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep voor zover dit gericht was tegen de vrijspraken.

Tijdens de zitting op 6 november 2020 heeft de advocaat-generaal gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht maanden, met aftrek van de tijd die in voorarrest is doorgebracht. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd voor zover dit aan zijn oordeel was onderworpen, maar heeft de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep tegen de vrijspraken in de zaak met parketnummer 15-251235-17.

De beslissing van het hof houdt in dat de verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard in het hoger beroep voor de vrijspraken en dat het vonnis waarvan beroep wordt bevestigd voor de overige tenlastegelegde feiten. Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het Gerechtshof Amsterdam, met de betrokken rechters en griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 20 november 2020. Mr. A. Dantuma-Hieronymus was buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003505-18
datum uitspraak: 20 november 2020
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 21 september 2018 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 15-251235-17 en 15-141902-18 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1976,
adres: [adres].

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

De verdachte is door rechtbank Noord-Holland onder meer vrijgesproken van hetgeen aan hem in de zaak met parketnummer 15-251235-17 onder 2 en 3 is tenlastegelegd. Het hoger beroep is door de verdachte onbeperkt ingesteld en is derhalve mede gericht tegen de in eerste aanleg gegeven beslissingen tot vrijspraak. Gelet op hetgeen is bepaald in artikel 404, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering staat voor de verdachte tegen deze beslissingen geen hoger beroep open. Het hof zal de verdachte mitsdien niet-ontvankelijk verklaren in het ingestelde hoger beroep, voor zover dat is gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep gegeven vrijspraken.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 6 november 2020 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte in de zaak met parketnummer 15-251235-17 onder feit 1, feit 4 subsidiair en feit 5 en het in de zaak met parketnummer 15-141902-18 tenlastegelegde feit zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van
acht maanden met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en zal dit derhalve bevestigen.
Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen met dien verstande dat het hof de verdachte niet-ontvankelijk zal verklaren in het hoger beroep, voor zover dat is gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep gegeven vrijspraken in de zaak met parketnummer 15-251235-17 onder 2 en 3 ten laste gelegde.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-251235-17 onder 2 en 3 tenlastegelegde.
Bevestigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. R.D. van Heffen, mr. D. Radder en mr. A. Dantuma-Hieronymus,
in tegenwoordigheid van mr. F. van den Brink, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 20 november 2020.
Mr. A. Dantuma-Hieronymus is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]