ECLI:NL:GHAMS:2020:3082
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van kinderen bij de vader en wijziging zorgregeling
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 17 november 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over de uithuisplaatsing van twee minderjarige kinderen bij hun vader. De zaak betreft drie procedures met de zaaknummers 200.260.336/01, 200.261.258/01 en 200.261.280/01, waarin de Raad voor de Kinderbescherming en een gecertificeerde instelling betrokken zijn als verzoekers in hoger beroep. De kinderen zijn onder toezicht gesteld en de ondertoezichtstelling is laatstelijk verlengd tot 17 maart 2021. Het hof heeft in zijn beschikking van 19 november 2019 reeds overwogen dat de situatie van de kinderen zorgelijk is en dat er een hulpverleningstraject bij Bright GGZ loopt. De ouders zijn in een langdurige strijd verwikkeld, wat leidt tot een onveilige opvoedsituatie voor de kinderen. Het hof heeft vastgesteld dat de kinderen klem zitten tussen de ouders en dat er een sterk vermoeden van een loyaliteitsconflict bestaat. De vader is de ouder die het beste aansluit bij de kinderen en hen een stabiele omgeving kan bieden. Het hof heeft daarom besloten om de machtiging tot uithuisplaatsing bij de vader te verlenen, zodat de kinderen de nodige rust en behandeling kunnen krijgen. Tevens is de zorgregeling gewijzigd, waarbij de kinderen minimaal één keer in de drie weken begeleide omgang met de moeder zullen hebben, zodra het Omgangshuis daarmee kan beginnen. Het hof heeft de eerdere beschikking van de rechtbank vernietigd en opnieuw beslist in het belang van de kinderen.