Uitspraak
mr. J. el Hannouchete Utrecht,
mr. F.J. Donzete Amsterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding waarbij de man, appellant, vervangende toestemming vraagt om met zijn kinderen naar Marokko te reizen. De vrouw, geïntimeerde, verzet zich hiertegen. De man is in hoger beroep gekomen van een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Noord-Holland, die zijn verzoek om toestemming had afgewezen. De man heeft in hoger beroep zijn eis gewijzigd en vraagt nu toestemming voor een reis in de kerstvakantie van 19 december 2020 tot en met 2 januari 2021. De vrouw heeft bezwaren geuit, onder andere vanwege haar vrees dat de man de kinderen in Marokko zal achterlaten. Het hof heeft de belangen van de kinderen en de man afgewogen tegen de bezwaren van de vrouw. Het hof oordeelt dat de man voldoende heeft aangetoond dat de kinderen graag met hem naar Marokko willen en dat de vrees van de vrouw niet voldoende onderbouwd is. Het hof verleent de man vervangende toestemming voor de reis, met inachtneming van eventuele reisadviezen vanwege het coronavirus. De proceskosten worden gecompenseerd, gezien de omstandigheden van de zaak.