Uitspraak
1.hij op een of meerdere tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode van 1 januari 2018 tot en met 28 augustus 2018 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een (gebruikers)hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of een (gebruikers)hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA, in elk geval (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2.hij op een of meerdere tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode van 24 augustus 2018 tot en met 28 augustus 2018 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk aanwezig heeft gehad
3.3.hij, op of omstreeks 5 april 2019 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 35 2C-B pillen en/of ongeveer 18 XTC-pillen, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en/of ongeveer 16 wikkels cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde MDMA en/of cocaïne, (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
4.hij, op of omstreeks 5 april 2019 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, [benadeelde], gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening heeft mishandeld door een vuistslag in/op/tegen de kaak, in elk geval het gezicht, van die [benadeelde] te geven;
5.hij op of omstreeks 3 mei 2019 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 14 tabletten MDMA, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en/of ongeveer 0,24 gram cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde MDMA en/of cocaïne (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.hij in of omstreeks de periode van 24 augustus 2018 tot en met 28 augustus 2018 te Amsterdam, opzettelijk aanwezig heeft gehad
3.3.hij, op 5 april 2019 te Amsterdam, opzettelijk aanwezig heeft gehad 35 2C-B pillen en
4.hij, op 5 april 2019 te Amsterdam, [benadeelde] heeft mishandeld door een vuistslag tegen de kaak van [benadeelde] te geven.
5.hij op 3 mei 2019 te Amsterdam opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 14 tabletten van een materiaal bevattende MDMA en 0,24 gram van een materiaal bevattende cocaïne.
first offenderter zake van de Opiumwet worden aangemerkt. Desalniettemin weegt het hof sterk in het nadeel van de verdachte mee dat hij, nadat hij voor de eerste keer voor het overtreden van de Opiumwet was aangehouden en in verzekering gesteld, binnen een zeer kort tijdbestek nog tweemaal voor soortgelijke feiten met justitie in aanraking is gekomen. Zelfs de voorgeleiding bij de rechter-commissaris en de dreigende voorlopige hechtenis hebben verdachte kennelijk niet het inzicht gegeven te stoppen met het dealen van drugs.
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
4 (vier) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
€ 250,00 (tweehonderdvijftig euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.