Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.1. [geïntimeerde sub 1] ,
[geïntimeerde sub 2] ,beiden wonende te [woonplaats] , gemeente [gemeente] ,
advocaat: mw. mr. J.M. Geerdes te Amsterdam.
1.Het verloop van het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
Ik ga het niet redden om er te zijn ik loop uit op mijn werk of ik plan een volle dag hier voor in of ik stort een gedeelte geld terug voor het plaatsen van de plinten en strippen ik red het niet vandaag voor de plinten die je aangeeft zoals jij dat ziet moet ik het voor een dag inplannen en niet overhaast sorry laat me maar weten wat jullie willen. Een rechtzaak aanspannen heb geen zin want dat bedrijf is niet van mij want ik ben uit elkaar met dat bedrijf en aangezien ik het werk gedaan heb en in de nog met dat
nadat[appellant] de samenwerking met [A] had beëindigd, snijdt geen hout nu [appellant] zelf na die datum de vloer is gaan bekijken en bespreken bij [geïntimeerden] Gelet op deze eigen gedraging van [appellant] en in het licht van de overige hierboven genoemde omstandigheden deelt het hof de conclusie van de kantonrechter (in rov. 6.4 van het eindvonnis) dat [geïntimeerden] in redelijkheid hebben mogen aannemen dat sprake was van een toereikende volmacht van [X] Interieur.