ECLI:NL:GHAMS:2020:2411
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Bepaling van kinderbijdrage en bijdrage jongmeerderjarige in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 25 augustus 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van [kind A] en de bijdrage in de kosten van levensonderhoud en studie van [kind A]. De vrouw, verzoekster in hoger beroep, had eerder een beschikking van de rechtbank Noord-Holland aangevochten, waarin haar verzoek om een bijdrage van de man was afgewezen. De vrouw en [kind A] hebben hun verzoek gewijzigd en vroegen nu om een lagere bijdrage van de man, te weten € 169,- per maand voor de kosten van verzorging en opvoeding en € 500,- per maand voor de kosten van levensonderhoud en studie. De man verzocht om niet-ontvankelijk verklaring van de verzoeken of afwijzing van de verzoeken.
Het hof heeft de ingangsdatum van de bijdrage vastgesteld op 3 oktober 2019, de datum waarop de vrouw haar verzoek in hoger beroep indiende. Het hof heeft de behoefte van [kind A] tijdens zijn minderjarigheid vastgesteld op € 166,- per maand, en de draagkracht van de man op € 433,- per maand. De man is verplicht om € 145,- per maand te betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van [kind A].
Daarnaast heeft het hof de behoefte van [kind A] tijdens zijn meerderjarigheid vastgesteld op € 174,- per maand, en de draagkracht van de man op € 106,- per maand. De man is verplicht om € 152,- per maand te betalen voor de kosten van levensonderhoud en studie van [kind A] met ingang van [datum] 2019, en € 106,- per maand met ingang van 25 februari 2020. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.