beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.264.592/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 23 juli 2020
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CHEVRAYNE MANAGEMENT B.V.,
gevestigd te Zeist,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mr. R.G.J. de Haan,
mr. W.M. Smelten
mr. D.H. Tilanus, allen kantoorhoudende te Amsterdam,
1. de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
RSW PROPERTY B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
RSW PROPERTY I B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
3. de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
RSW PROPERTY VIII B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
4. de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
CR MARITIME B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
5. de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid
RSW MANAGEMENT B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTERS,
advocaten:
mr. I.A.J. Deijkersen
mr. A. de Buck, beiden kantoorhoudende te Den Haag,
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STAAL ’28 B.V.,
gevestigd te Harderwijk,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PEMET B.V.,
gevestigd te Naarden,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NAFEMA B.V.,
gevestigd te Harderwijk,
BELANGHEBBENDEN,
advocaten:
mr. I.A.J. Deijkersen
mr. A. de Buck, beiden kantoorhoudende te Den Haag.
1.
Het verloop van het geding
1.1 Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 9, 10 en 14 januari en 28 april 2020 in deze zaak.
1.2 Bij die beschikkingen heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van RSW Property B.V., RSW Property I B.V., RSW Property VIII B.V. en RSW Management B.V. (hierna gezamenlijk ook: de vennootschappen) over de periode vanaf 11 oktober 2013, mr. dr. C.B. Schutte (hierna: de onderzoeker) benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, bepaald dat het onderzoek (na verhoging van het onderzoeksbudget bij beschikking van 28 april 2020) ten hoogste € 75.000 mag kosten, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, en bepaald dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van RSW Property B.V. en RSW Management B.V. Voorts heeft de Ondernemingskamer bij die beschikkingen, bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding, voor zover nodig in afwijking van de statuten, mr. P.J. Colijn (hierna: de bestuurder) benoemd tot bestuurder van RSW Management B.V. met doorslaggevende stem en bepaald dat deze bestuurder zelfstandig bevoegd is RSW Management B.V. te vertegenwoordigen en dat zonder deze bestuurder RSW Management B.V. niet vertegenwoordigd kan worden.
1.3 Bij e-mail aan de Ondernemingskamer van 16 juli 2020 heeft mr. De Haan, in verband met een tussen partijen tot stand gekomen minnelijke regeling, namens Chevrayne Management B.V., verzocht de lopende procedure te beëindigen.
1.4 Bij e-mail van eveneens 16 juli 2020 heeft mr. De Buck namens verweersters bericht in te stemmen met het verzoek van mr. De Haan.