ECLI:NL:GHAMS:2020:2061
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis met uitzondering van de beslissing op vordering tenuitvoerlegging in hoger beroep
Op 25 juni 2020 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 20 september 2018 was gewezen. De zaak betreft een verdachte, geboren in Marokko in 1974, die in hoger beroep is gegaan tegen het vonnis van de politierechter. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep gevoerd en kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die dezelfde straf heeft gevorderd als de politierechter.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, met uitzondering van de beslissing op de vordering tot tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf die eerder was opgelegd. De vordering tot tenuitvoerlegging, die betrekking had op een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand, is door het hof afgewezen. Dit betekent dat de verdachte niet opnieuw de gevangenis in hoeft, ondanks de eerdere veroordeling.
De beslissing van het hof houdt in dat de vordering van het openbaar ministerie tot tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke gevangenisstraf is afgewezen, en dat het vonnis waarvan beroep voor het overige is bevestigd. Het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het gerechtshof, waarbij de meervoudige strafkamer aanwezig was.