ECLI:NL:GHAMS:2020:2053

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
14 juli 2020
Publicatiedatum
22 juli 2020
Zaaknummer
23-003042-19
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van het vonnis in hoger beroep tegen de politierechter in de rechtbank Noord-Holland

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 14 juli 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 13 augustus 2019 was gewezen. De zaak betreft meerdere parketnummers, waaronder 96-113828-19, 96-102881-17, 96-065080-18 en 96-107395-17. De verdachte, geboren in 1991, heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de politierechter. Tijdens de zitting op 30 juni 2020 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een gevangenisstraf van twee weken heeft geëist voor de tenlastegelegde feiten. De advocaat-generaal heeft ook gevorderd dat de vorderingen tot tenuitvoerlegging worden toegewezen. Het hof heeft de argumenten van de verdachte en zijn raadsman in overweging genomen, maar heeft geen aanleiding gezien om af te wijken van de strafoplegging die door de politierechter was opgelegd. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, met inachtneming van de overwegingen die tijdens de zitting zijn besproken. Het arrest is uitgesproken in een openbare terechtzitting en is ondertekend door de rechters, met uitzondering van mr. A.R.O. Mooy, die buiten staat was om te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003042-19
datum uitspraak: 14 juli 2020
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 13 augustus 2019 in de strafzaak onder de parketnummers 96-113828-19 en 96-102881-17, 96-065080-18, 96-107395-17 (TUL) tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1991,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 30 juni 2020 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het onder 1 en 2 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee weken. Daarnaast heeft de advocaat-generaal gevorderd de vorderingen tenuitvoerlegging toe te wijzen.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen met dien verstande dat het hof, in hetgeen door de advocaat-generaal, de verdachte en de raadsman ter terechtzitting in hoger beroep naar voren is gebracht, geen aanleiding ziet om tot een andere strafoplegging als door de rechter in eerste aanleg is opgelegd of tot andere beslissingen op de vorderingen tenuitvoerlegging te komen.

BESLISSING

Het hof bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M. Jurgens, mr. A.P.M. van Rijn en mr. A.R.O. Mooy, in tegenwoordigheid van mr. S.L.D. Vriend, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 14 juli 2020.
mr. A.R.O. Mooy is buiten staat dit arrest te ondertekenen.
=========================================================================
[…]