Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Vonnis waarvan beroep
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
20 (twintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
10 (tien) dagen hechtenis.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 28 mei 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 12 september 2019 was gewezen. De verdachte, geboren in Angola in 1981, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis waarin hij was veroordeeld voor mishandeling van zijn levensgezel. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, met uitzondering van de strafoplegging. In eerste aanleg was geen rekening gehouden met de tijd die de verdachte in voorlopige hechtenis had doorgebracht. Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en zijn raadsman in overweging genomen. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 20 uren, subsidiair 10 dagen hechtenis. Het hof heeft besloten dat de opgelegde taakstraf moet worden aangepast, zodat de tijd die de verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, in mindering wordt gebracht op de taakstraf. De beslissing van het hof houdt in dat de verdachte nu een taakstraf van 20 uren moet uitvoeren, met de mogelijkheid dat de tijd in voorarrest wordt omgezet in een vermindering van de taakstraf. Het hof heeft de toepasselijke artikelen van het Wetboek van Strafrecht genoemd en bevestigd dat de strafoplegging in overeenstemming is met de wet.