Uitspraak
1.Het geding in hoger beroep
.Bij diezelfde beslissing is de notaris veroordeeld tot betaling aan klager van de kosten van klager van € 50,- en het griffierecht van € 50,-, alsmede tot betaling van € 3.500,- ter zake van de kosten van behandeling van de klacht door de kamer, op de wijze en binnen de termijn zoals omschreven onder 5.10 en 5.11 van de bestreden beslissing.
2.Feiten
. De gang van zaken rond de verkoop van de woning, en het feit dat betrokkene desgevraagd niet wist dat deze mantelzorger ongeveer € 40.000,- van haar geld heeft gestoken in een woning die kennelijk niet op naam van betrokkene staat, baren zorgen. Zulks klemt te meer daar de reden dat deze mantelzorger is ingeschakeld, was gelegen in een zodanige verwaarlozing in de woning van betrokkene, dat de buren klaagden over de stank. De stelling dat deze verwaarlozing enkel te wijten zou zijn aan het feit dat betrokkene slecht ter been is, zoals haar gemachtigde heeft betoogd, komt de kantonrechter onwaarschijnlijk voor. Tegen benoeming van de voorgestelde curator bestaat geen bezwaar.
”
3.Standpunt van klager
€ 410.000,-. Bovendien blijkt uit een waardeverklaring van makelaar [makelaar B] van 8 augustus 2018 dat de marktwaarde van het woonhuis per 27 februari 2018 € 250.000,- was.
4.Standpunt van de notaris
5.Beoordeling
6.Beslissing
€ 50,- aan kosten klager en € 1.000,- aan kosten rechtsbijstand, derhalve in totaal € 1.050,- binnen vier weken na heden;