Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij, in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 30 april 2011 te Berkel en Rodenrijs en/of Diemen en/of Apeldoorn en/of Lemmer en/of Amsterdam en/of Noordwijk en/of Nieuwerkerk aan den IJssel en/of Beverwijk en/of elders in Nederland en/of Diest en/of in België en/of Kirchberg en/of in Zwitserland, opzettelijk heeft deelgenomen (als leider) aan een organisatie, te weten een organisatieverband van natuurlijke personen en/of rechtspersonen, bestaande uit onder andere hem, verdachte, en/of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of [medeverdachte 6] en/of [medeverdachte 7] en/of [BV 1] B.V. en/of [eenmanszaak] (eenmanszaak van [medeverdachte 2] ) en/of [BV 2] B.V. en/of [BV 3] B.V. en/of V.O.F. [VOF] en/of [BV 4] B.V.B.A. en/of [BV 5] A.G., welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk onder meer
[BV 1] B.V. op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 27 april 2010 tot en met 18 oktober 2010 te Diemen en/of Apeldoorn en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk (een) bij de Belastingwet voorziene aangifte(n) onjuist en/of onvolledig heeft/hebben gedaan en/of laten doen, waaronder: de aangifte(n) omzetbelasting op naam gesteld van [BV 1] B.V. over het/de volgende tijdvak(ken):
[BV 2] B.V. in of omstreeks de periode van 1 juli 2010 tot en met 31 december 2010, te Amsterdam en/of Noordwijk en/of Rotterdam en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en) opzettelijk een bij de Belastingwet voorziene aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal 2010, op naam gesteld van [BV 2] B.V., niet doet, terwijl dat feit er toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, tot het plegen van welk bovenomschreven strafbare feit verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, dan wel alleen, (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke vorenomschreven verboden gedraging(en) verdachte tezamen en in vereniging met een ander of anderen, dan wel alleen, (telkens) feitelijk leiding heeft gegeven;
hij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31 oktober 2010 tot en met 13 april 2011 te Lemmer en/of Apeldoorn en/of Berkel en Rodenrijs en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk (een) bij de Belastingwet voorziene aangifte(n) onjuist en/of onvolledig heeft/hebben gedaan en/of laten doen, waaronder, de aangifte(n) omzetbelasting op naam gesteld van [medeverdachte 2] , [adres 2] , over het/de volgende tijdvak(ken):
[BV 3] B.V. op of omstreeks 18 februari 2011 tot en met 30 april 2011 te Beverwijk en/of Zwaag en/of Franeker en/of Groningen en/of Amsterdam en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk (een) (telkens) als degene die ingevolge de belastingwet verplicht was tot het voor raadpleging beschikbaar stellen van boeken en/of bescheiden en/of (andere) gegevensdragers en/of de inhoud daarvan, en deze (telkens) opzettelijk niet voor dit doel beschikbaar stelt,immers heeft/hebben [BV 3] B.V. en/of zijn mededader(s) op voornoemde tijd en plaats (telkens) (de) administratie en/of boekhouding (van [BV 3] B.V.) niet aan (medewerker(s)) van de Belastingdienst beschikbaar gesteld,terwijl het feit er toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, tot het plegen van welk bovenomschreven strafbare feit verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, dan wel alleen, (telkens) opdracht heeft gegeven en/of aan welke vorenomschreven verboden gedraging(en) verdachte tezamen en in vereniging met een ander of anderen, dan wel alleen, (telkens) feitelijk leiding heeft gegeven.
Vonnis waarvan beroep
Redengevende feiten en omstandigheden
Vrijspraak feit 2, feit 4 en feit 5
Bewijsmotiveringen
Feit 1
Feit 3
Subsidiair heeft de raadsvrouw aangevoerd dat als wordt aangenomen dat de verdachte al iets van bedrijfsactiviteiten moet hebben uitgevoerd in [BV 2] , de lat van het feitelijk leidinggeven niet wordt gehaald. Zelfs al zou de verdachte een aantal keer goederen hebben verkocht en daarvan facturen hebben opgemaakt, dan brengt dat niet met zich mee dat de verdachte verantwoordelijk is voor het doen van de aangifte omzetbelasting. Ook op grond hiervan moet vrijspraak volgen.
Bewezenverklaring
hij, in de periode van 1 januari 2010 tot en met 30 april 2011 in Nederland en in België en in Zwitserland, opzettelijk heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een organisatieverband van natuurlijke personen en rechtspersonen, bestaande uit onder andere hem, verdachte, en [medeverdachte 3] en
[BV 2] B.V. in de periode van 1 juli 2010 tot en met 31 december 2010, te Amsterdam opzettelijk een bij de Belastingwet voorziene aangifte omzetbelasting over het 2e kwartaal 2010, op naam gesteld van [BV 2] B.V., niet doet, terwijl dat feit er toe strekte dat te weinig belasting werd geheven, aan welke vorenomschreven verboden gedraging verdachte feitelijk leiding heeft gegeven.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
32 (tweeëndertig) maanden.
geldboetevan
€ 250.000,00 (tweehonderdvijftigduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
365 (driehonderdvijfenzestig) dagen hechtenis.