In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 18 december 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder vrijgesproken van de diefstal van bankpassen van een medewerker, maar heeft hoger beroep ingesteld tegen deze vrijspraak. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op 7 september 2018 in Amsterdam bankpassen heeft weggenomen die toebehoorden aan meerdere medewerkers van de kledingwinkel Weekday. De verdachte heeft tijdens de zitting verklaard dat hij de passen had gevonden, maar het hof achtte deze verklaring ongeloofwaardig. De verdachte werd niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep voor zover dit gericht was tegen de vrijspraak van de diefstal van de passen van een specifieke medewerker. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte schuldig bevonden aan de diefstal van de bankpassen van de andere medewerkers. De verdachte is eerder al meerdere keren veroordeeld en het hof heeft een gevangenisstraf van drie maanden opgelegd, rekening houdend met de ernst van het feit en de recidive van de verdachte.