afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003496-18
datum uitspraak: 27 augustus 2019
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het
vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 25 september 2018 in de strafzaak onder parketnummer
15-146710-17 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1976,
adres: [adres].
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
13 augustus 2019 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 30 juli 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening een bedrijfsauto (merk: Volkswagen Crafter, kenteken: [kenteken]) en/of (met daarin) een zuurstoffles en/of computer en/of een of meerdere stuk(ken) gereedschap heeft weggenomen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel door onbevoegd gebruik te maken van een sleutel (toebehorende aan die [benadeelde]);
2.
hij op of omstreeks 30 juli 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer opzettelijk en wederrechtelijk een hek (nummer: [nummer]), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan Amsterdam Airport Schiphol toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt, door met een voertuig door het voornoemde hek heen te rijden.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.
Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd omdat het hof tot andere beslissingen komt.
De raadsman heeft ter terechtzitting bepleit dat de verdachte van het onder 1 tenlastegelegde moet worden vrijgesproken op de grond dat geen sprake was van diefstal maar van joyriding.
Het hof overweegt als volgt.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat de verdachte op 30 juli 2017 vanaf het beveiligde gebied, het Platform van Luchthaven Schiphol in een bedrijfsauto van [benadeelde] is gestapt en met deze auto, waarin zich nog een sleutel in het contactslot bevond, is weggereden. Hij reed door een afgesloten hek en verliet het terrein van Schiphol. De verdachte is tot het “Gemaal Zuid” langs de A5 in Haarlem doorgereden en heeft de beschadigde auto daar achtergelaten.
Het handelen van de verdachte kan, gelet op de uiterlijke verschijningsvorm daarvan niet anders worden opgevat dan te zijn verricht met het oogmerk om als heer en meester over de auto te beschikken terwijl hij –ook wist dat- hij daartoe niet het recht had. Dat uitsluitend sprake was van joyriden wordt gelet het voorgaande, bezien in het licht van de te bezigen bewijsmiddelen niet aannemelijk geacht.
Naar het oordeel van het hof is de auto dan ook met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weggenomen als tenlastegelegd.
Het hof verwerpt het verweer van de raadsman en acht het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen.
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij op 30 juli 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening een bedrijfsauto, merk: Volkswagen Crafter, kenteken: [kenteken], met daarin een zuurstoffles en computer en gereedschap heeft weggenomen, toebehorende aan [benadeelde], waarbij verdachte de weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel door onbevoegd gebruik te maken van een sleutel, toebehorende aan die [benadeelde];
2.
hij op 30 juli 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer opzettelijk en wederrechtelijk een hek (nummer: [nummer]) dat aan Amsterdam Airport Schiphol toebehoorde, heeft vernield, door met een voertuig door het voornoemde hek heen te rijden.
Hetgeen onder 1 en 2 meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het bewezenverklaarde is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het onder 1 bewezenverklaarde levert op:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
Het onder 2 bewezenverklaarde levert op:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.
Strafbaarheid van de verdachte
De advocaat-generaal en de raadsman hebben zich op het standpunt gesteld dat de verdachte dient te worden ontslagen van alle rechtsvervolging op grond van het Pro Justitia rapport van 24 april 2019, opgemaakt door GZ-psycholoog drs. [naam 1], en het Pro Justitia rapport van 18 april 2019, opgemaakt door psychiater [naam 2].
Het hof overweegt als volgt.
De genoemde Pro Justitia rapporten wordt – kort samengevat – de conclusie getrokken dat de verdachte ten tijde van de tenlastegelegde feiten leed aan een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens bestaande uit een bipolaire stoornis met een laatste manische episode met psychotische kenmerken, een stoornis in het gebruik van cannabis en cocaïne en PTSS. Deze stoornissen, met name het manisch psychotisch toestandsbeeld, bepaalden de gedragskeuzes van de verdachte volledig. Volgens de deskundigen kunnen hem de tenlastegelegde (thans bewezenverklaarde) feiten dan ook niet worden toegerekend. Het hof neemt deze gemotiveerde conclusies over en maakt deze tot de zijne.
Dit betekent dat de verdachte niet strafbaar zal worden verklaard voor het onder 1 en 2 bewezenverklaarde en te dier zake zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging, als bepleit door de raadsman en gevorderd door de advocaat-generaal.
Vorderingen van de benadeelde partijen