2.3In deze zaak heeft de rechtbank bij vonnis van 12 augustus 2015 Dromore toegestaan [X] in vrijwaring op te roepen.
2.3.1In die vrijwaringszaak heeft [X] op 2 december 2015 een conclusie van antwoord ingediend, met producties. Die conclusie en producties heeft First Crown in deze hoofdzaak overgelegd ten behoeve van de comparitie na antwoord in eerste aanleg. In die conclusie heeft [X] , samengevat weergegeven, het volgende gesteld. [X sr.] heeft begin november 2013 een bespreking gehad met [A] in Israël. Daarbij waren onder anderen ook aanwezig: de Israëlische investeerders [B] (hierna: [B] ) en [C] (hierna: [C] ). De bespreking heeft geleid tot de ondertekening van een Founders Agreement en een Sale/Purchase Agreement. Tijdens die bespreking is mondeling overeengekomen dat First Crown 3% van de prijs van verkoop van het Sony-gebouw zal ontvangen ten titel van commissie ter betaling van haar werkzaamheden. Ter onderbouwing van die laatste stelling heeft [X] als productie bij de conclusie van antwoord in vrijwaring een schriftelijke verklaring van [C] van 14 oktober 2015 overgelegd, waarin staat dat [A] heeft voorgesteld dat First Crown 3% van de prijs van verkoop van het Sony-gebouw zou ontvangen, en dat [C] en [X sr.] dat voorstel hebben aanvaard.
2.3.2In de vrijwaringszaak heeft de rechtbank bij vonnis van 25 mei 2016 [X] toegelaten (nader) te bewijzen dat de commission agreement mondeling is overeengekomen met [A] namens Dromore. Er zijn getuigen gehoord. De processen-verbaal van de verklaringen van [X] , [Y] , [C] en [X sr.] zijn in deze hoofdzaak overgelegd bij memorie van antwoord.
2.3.3[X] heeft, samengevat weergegeven, onder meer het volgende als getuige verklaard: [X sr.] is begin november 2013 naar Israël gegaan om met [A] te spreken. Toen hij terugkwam, vertelde hij dat er afspraken waren gemaakt, zoals de leningsovereenkomsten, de percentages en de Founders Agreement. Op dat moment is er ook een akkoord gekomen over de commissiepercentages bij de verkoop. In maart 2014 zei [X sr.] dat de commissieovereenkomst nog niet op papier stond. [X sr.] heeft toen [D] (hierna: [D] ) gevraagd om het op papier te zetten. [X] heeft nooit met [A] over de overeenkomst gesproken. Hij heeft hem ook nooit een afschrift toegestuurd.
2.3.4[Y] heeft, samengevat weergegeven, onder meer het volgende als getuige verklaard: [X sr.] is naar Israël geweest om te vergaderen met [A] , [C] en [B] . [X sr.] belde [Y] dat hij voor haar een commissie had bedongen. [Y] heeft er altijd met de aandeelhouders over gesproken dat zij een vergoeding zou krijgen voor het werk dat zij gedaan had. De houdstervennootschap van [X sr.] heeft 10% van de aandelen van Precision gekregen voor de aankoop van het pand. Dat had betrekking op andere werkzaamheden. [Y] is ervan overtuigd dat [A] op de hoogte was van de 3% commissie en de 10% aandelen. Zij is niet getuige geweest van gesprekken waarin met zoveel woorden met [A] is gesproken over die 3% en die 10%. [A] heeft altijd tegen [Y] gezegd dat zij een vergoeding zou krijgen, omdat zij zo hard voor de zaak had gewerkt.
2.3.5[C] heeft, samengevat weergegeven, onder meer het volgende als getuige verklaard: hij blijft bij zijn schriftelijke verklaring van 14 oktober 2015. Tijdens een bespreking op het kantoor van [Y] in het bureau (hof: de kamer) van [X sr.] heeft [A] voorgesteld dat [Y] bij verkoop van het gebouw een vergoeding van 3% van de koopprijs zou krijgen. Het is steeds duidelijk geweest dat dit met [Y] is overeengekomen.
2.3.6[X sr.] heeft, samengevat weergegeven, onder meer het volgende als getuige verklaard: bij het opstellen van de Founders Agreement in Israël heeft [X sr.] met [A] besproken dat First Crown een commissie zou krijgen van 3%. [B] en [C] waren daarbij aanwezig. De tekst van de commission agreement is uiteindelijk opgesteld door [D] . [X sr.] heeft haar verteld wat erin moest staan.
2.3.7In de vrijwaringszaak heeft de rechtbank op 23 januari 2019 eindvonnis gewezen. Dat vonnis is in deze hoofdzaak als productie overgelegd bij de akte na arrest van Dromore. In dat vonnis is geciteerd uit de processen-verbaal van getuigenverhoren in contra-enquête in de vrijwaringszaak. Daaruit blijkt het volgende.
2.3.8[A] heeft als getuige onder meer verklaard dat de eerste contracten in oktober of november 2013 zijn getekend bij de advocaat in Tel Aviv en dat er toen met geen woord is gesproken over een commissie voor het bedrijf van de echtgenote van [X sr.] Hij kent [Y] helemaal niet. Alles wat toen is overeengekomen, is toen ook ondertekend en daar was geen overeenkomst met [Y] bij. De verklaring van [C] dat de afspraak wel is gemaakt, is vals. Dat blijkt uit een opgenomen telefoongesprek.
2.3.9[E] , controller van [A] , heeft als getuige verklaard dat hij aanwezig is geweest bij een bijeenkomst in Israël in oktober of november 2013 waarin afspraken zijn gemaakt tussen aandeelhouders die bij de koop van het Sony-gebouw betrokken waren. Toen is absoluut niet gesproken over het betalen van commissie aan First Crown of aan de echtgenote van [X sr.]
2.3.10[B] heeft als getuige verklaard dat hij aanwezig is geweest bij een overleg in Israël over de aankoop van het Sony-gebouw. Toen is niet gesproken over de rol van [Y] . First Crown was geen onderdeel van dat overleg. Er is niet over gesproken dat bij de totstandkoming van de verkoop van het gebouw een commissie betaald zou worden. Als zoiets zou zijn afgesproken, zou hij als advocaat ervoor gezorgd hebben dat het op papier kwam. [C] heeft aangegeven dat hij bewust een valse verklaring heeft afgelegd. Aan [B] is gevraagd dat ook te doen, maar hij heeft dat geweigerd.
2.3.11Bij akte na tussenarrest heeft First Crown als producties in het geding gebracht:
A. een vonnis van de kantonrechter van 9 december 2016,
B. een e-mailbericht van [D] aan [X sr.] van 3 maart 2014, en
C. de zijdens [X] genomen conclusie na enquête in de vrijwaringszaak, met vier producties, te weten:
a. een e-mailwisseling van 1 november 2014 tussen [X sr.] en [B] ,
b. een Hebreeuwstalig transcript van een door [B] in een arbitrageprocedure afgelegde verklaring, met beëdigde vertaling in het Nederlands,
c. een schriftelijke verklaring van [C] van 4 september 2018,
d. een Hebreeuwstalig vonnis van de rechtbank Haifa van 12 augustus 2018, met beëdigde vertaling in het Nederlands.