ECLI:NL:GHAMS:2019:3694
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terugwijzing van de zaak naar de kantonrechter na vernietiging van het vonnis in hoger beroep
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 13 september 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 6 februari 2019 was gewezen. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen een strafbeschikking die aan hem was opgelegd. De tenlastelegging betrof het gebruik van een openbaar vervoersvoorziening zonder geldig vervoerbewijs op 6 oktober 2017 te Amsterdam. Tijdens de behandeling van de zaak in hoger beroep bleek dat er stukken ontbraken in het dossier met betrekking tot de strafbeschikking, waardoor het hof niet kon vaststellen of het verzet van de verdachte ontvankelijk was. Het hof oordeelde dat de kantonrechter niet op de hoofdzaak had beslist en dat de verdachte niet op de terechtzitting was verschenen, omdat de dagvaarding niet in persoon aan hem was uitgereikt. Gezien deze omstandigheden heeft het hof het vonnis van de kantonrechter vernietigd en de zaak terugverwezen naar de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, zodat deze opnieuw recht kan doen met inachtneming van het arrest van het hof.