3.1.Het gaat in deze zaak om het volgende.
( i) Ymere is een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 19 Woningwet en is eigenares van de woning gelegen aan het adres [adres] (verder: de woning).
(ii) Op 7 november 2001 is [appellant] met de rechtsvoorgangster van Ymere een huurovereenkomst aangegaan met betrekking tot de woning. De huurprijs bedroeg vanaf 1 juli 2018 € 835,55 per maand.
(iii) In de algemene huurvoorwaarden behorende bij de huurovereenkomst (verder: de algemene huurvoorwaarden) is onder meer het volgende bepaald:
“5.2 De huurder zal de woning gedurende de duur van de huurovereenkomst als hoofdverblijf hebben. (…) De huurder zal niet zonder toestemming van de verhuurder de woning in zijn geheel onderverhuren of aan derden in gebruik geven. De verhuurder zal alleen op schriftelijk ingediende aanvragen tot toestemming reageren.“
(iv) Op 4 februari 2019 hebben de consulenten woonfraude en overlast [A] en [B] van Ymere, samen met inspecteur en toezichthouder van de gemeente Haarlem [C] , de woning bezocht. In hun ‘Verslag huisbezoek’ van 5 februari 2019 hebben [A] en [B] het volgende vermeld:
“ [adres]
Datum: 4 februari 2019
Aanwezig: [A] , [C] (gemeente Haarlem), [B]
Tijdens het huisbezoek aan de [adres] hebben wij meneer [D] aangetroffen, hij staat samen met de 3 anderen ingeschreven op het adres. Daarmee deelt hij de woning, ieder persoon heeft zijn eigen kamer.
Meneer [D] gaf aan samen met 3 anderen de woning te huren. Zij wonen meer dan 3 jaar op de woning sommigen 4 jaar. [D] betaalt zelf 500 euro per maand voor zijn kamer. De anderen betalen 500,- en 400,-. In totaal betalen zij samen 1800,- voor de woning.
[D] heeft aangegeven dat de huisbaas [appellant] ) elke maand de huur komt halen. Als hij op vakantie is of niet in staat is om te komen, komt een vrouw (mevrouw [E] ).
[D] gaf aan dat meneer [appellant] momenteel in het buitenland is en dat hij waarschijnlijk over een week terugkomt. Meneer [appellant] woont zelf niet op de woning aan de [adres] . Hij woont elders in [plaats] met mevrouw [E] .
Meneer [D] gaf aan geen huurcontract te hebben met meneer [appellant] . Hij betaalt de huur van 500,- maandelijks cash.
Meneer [D] heeft ons zijn eigen telefoonnummer en de telefoonnummer van meneer [appellant] en mevrouw [E] gegeven.
[D] : [telefoonnummer]
[appellant] : [telefoonnummer]
[E] : [telefoonnummer]
Tot slot gaf meneer [D] aan dat vanavond mevrouw [E] komt om zijn huur op te halen. [A] heeft een visitekaartje achtergelaten. Meneer [D] zei dat hij het kaartje aan mevrouw [E] zou geven.”
In zijn ‘Verslag en rapport van bevindingen Huisbezoek’ van 6 februari 2019 heeft [C] het volgende vermeld:
“
Locatie: [adres]
Datum:maandag 4 februari 2019.
Reden:controle woonfraude en inschrijvingen wet BRP (Basisregistratie Personen).
Rapporteurs:De ambtenaar [C] aangewezen toezichthouder van de gemeente Haarlem en o.a. belast met woonfraude (toezicht conform BRP) en [A] van Ymere.
Aanleiding:Bij een eerder huisbezoek op 19/12/2016 werd geconstateerd dat de hoofdbewoner op dit adres niet woonachtig is op het adres [adres] en hier een terugmelding over gemaakt. Hier is niet duidelijk waarom dit niet verder is opgepakt door het Digiteam. Na deze constatering is een her controle uitgevoerd met Ymere.
Betrokkenen:
(…)
[appellant] Man [geboortedatum]
[F] Man [geboortedatum]
[D] Man [geboortedatum]
[G] Man [geboortedatum]
[H] Man [geboortedatum]
Bureauonderzoek:BRP raadpleging op verhuisverleden en terugmeldingen.
Bevindingen19-7-2018
Op maandag 4 februari 2019 om ± 13.15 uur aankomst bij de woning. De voordeur wordt geopend door een manspersoon die zich legitimeert met Nederlands rijbewijs als [D] . Hij nodigt ons uit in de woning en laat zijn verblijfsruimte zien. Hij geeft aan dat de hoofdbewoner en tevens de huurder van Ymere,
[appellant], niet aanwezig is en ook niet in de woning verblijft. [appellant] zou al zo’n twee a drie jaar niet meer in de woning wonen en hij verhuurt deze aan andere mensen.
Bij alle slaapkamers, die allen op slot zijn, geeft [D] aan wie er woont er welk huur bedrag wordt betaald voor de slaapkamers. [D] zelf betaalt € 500,= euro in de maand voor zijn kamer. De kamer naast hem kost ook € 500,= en de twee kamers aan de voorzijde kosten elk € 400,= per maand. In totaal ontvangt [appellant] € 1.800,= per maand voor de woning, die hij zelf huurt van Ymere.
Uit het interview met [D] wordt niet duidelijk op welk adres [appellant] wel verblijft. Wel geeft [D] aan dat hij weet dat hij bij een vrouw in [plaats] zou moeten wonen. Dit weet hij omdat of [appellant] de huur maandelijks ophaalt of een vrouw, waarvan hij niet weet hoe zij heet. [A] geeft aan dat deze situatie niet is toegestaan en dat Ymere brieven gaat sturen om de situatie ongedaan te maken.
Algemene en aanvullende informatie
Uit navraag bij SOZAWE blijkt dat [appellant] momenteel geen uitkering meer heeft, maar wel bij de dienst bekend is.
Conclusie:
[appellant] woont niet op het adres [adres] en verhuurt illegaal de woning van Ymere door aan andere persoenen.
Naar waarheid opgesteld op 6-2-2019 door:
[C], inspecteur en toezichthouder van de gemeente Haarlem.“
( v) Bij brief van 7 februari 2019 heeft Ymere [appellant] gesommeerd de huur per 25 maart 2019 te beëindigen, bij gebreke waarvan een procedure aanhangig zal worden gemaakt.
(vi) Bij brief van 28 februari 2019 heeft mr. Visser namens Ymere [appellant] nogmaals gesommeerd om vóór 7 maart 2019 schriftelijk te bevestigen dat hij de woning uiterlijk op 25 maart 2019 vrijwillig ontruimt.
(vii) Bij brief van 28 februari 2019 heeft mr. Visser namens Ymere [D] , [F] , [G] en [H] gesommeerd om vóór 7 maart 2019 schriftelijk te bevestigen dat zij de woning uiterlijk op 25 maart 2019 vrijwillig ontruimen.
(viii) [appellant] , [D] , [F] , [G] en [H] hebben niet aan de sommaties voldaan.