Uitspraak
mr. J.E. Stam, kantoorhoudende te Naarden,
mr. B.E.J.M. Tomlow, kantoorhoudende te Utrecht.
Het verloop van het geding
Gerechtshof Amsterdam
In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, uitgesproken op 23 september 2019, is de Ondernemingskamer aan het werk gegaan met een verzoek van de besloten vennootschap [A] tegen de besloten vennootschap [B] en de besloten vennootschap [C]. De zaak betreft een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van [B] over de periode vanaf 1 januari 2018. Dit onderzoek werd bevolen in een eerdere beschikking van 20 september 2019. In die beschikking werd ook besloten om [A] en [C] te schorsen als bestuurders van [B]. De Ondernemingskamer heeft een persoon aangewezen om het onderzoek te verrichten en heeft tevens een nieuwe bestuurder benoemd voor [B]. Deze nieuwe bestuurder is mr. B.M.A. van Hussen, die is aangewezen in overeenstemming met de eerdere beschikking. De Ondernemingskamer heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen deze beschikking kunnen worden aangewend. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. S.M. Govers.