ECLI:NL:GHAMS:2019:3350
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beëindiging ouderlijk gezag van de moeder noodzakelijk in het belang van de ontwikkeling van de kinderen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 10 september 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van het ouderlijk gezag van de moeder over haar twee kinderen, [kind A] en [kind B]. De moeder, die in hoger beroep ging tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Amsterdam, voerde aan dat zij in staat was om voor haar kinderen te zorgen en dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat zij niet in staat was om binnen een aanvaardbare termijn de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding van de kinderen te dragen. De Raad voor de Kinderbescherming had eerder verzocht om de beëindiging van het gezag van de moeder, omdat de kinderen in hun ontwikkeling ernstig bedreigd werden door de problematische thuissituatie en de psychische problemen van de moeder. Het hof heeft vastgesteld dat de moeder in het verleden meerdere kansen heeft gekregen om te bewijzen dat zij in staat is om voor de kinderen te zorgen, maar dat zij herhaaldelijk in oude patronen is teruggevallen. De kinderen hebben behoefte aan stabiliteit en duidelijkheid in hun opvoeding, wat momenteel niet bij de ouders kan worden geboden. Het hof heeft geoordeeld dat de beëindiging van het gezag van de moeder noodzakelijk is voor de ontwikkeling van de kinderen en heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd. De voogdij is toegewezen aan de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Regio Amsterdam, zodat de kinderen in een veilige omgeving verder kunnen opgroeien.