ECLI:NL:GHAMS:2019:3154

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
7 augustus 2019
Publicatiedatum
28 augustus 2019
Zaaknummer
23-000517-19
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep wegens gebrek aan grieven

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 7 augustus 2019 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die in eerste aanleg door de kantonrechter in de rechtbank Haarlem was veroordeeld. De verdachte, die geen vaste woon- of verblijfplaats heeft, heeft geen schriftelijke grieven ingediend en ook geen mondelinge bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang is dat zou rechtvaardigen dat de zaak verder wordt onderzocht. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep. De beslissing van het hof is dat de verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard in het hoger beroep, wat betekent dat de eerdere uitspraak van de kantonrechter in stand blijft. Deze uitspraak is gedaan in het kader van de afdeling strafrecht en betreft het parketnummer 23-000517-19.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 96-176271-18
parketnummer hoger beroep : 23-000517-19
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 7 augustus 2019 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Haarlem van 19 december 2018 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1987 te [geboorteplaats]
adres: geen vaste woon- of verblijfplaats

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Door of namens de verdachte is geen schriftuur houdende grieven ingediend. Evenmin zijn mondeling bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Ook overigens is niet gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig onderzoek van de zaak. Om die reden wordt de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Gewezen door mr. G. Oldekamp, in bijzijn van C.N. Aalders, griffier.
mr. G. Oldekamp