ECLI:NL:GHAMS:2019:3146

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
7 augustus 2019
Publicatiedatum
28 augustus 2019
Zaaknummer
23-001782-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van het vonnis in hoger beroep tegen de politierechter in de rechtbank Amsterdam

Op 7 augustus 2019 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 15 mei 2018 was gewezen in de strafzaak met parketnummer 13-701784-18. De verdachte, geboren in 1999, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis waarvan beroep. Tijdens de zitting op 24 juli 2019 heeft het hof het onderzoek heropend en kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering hield in dat de verdachte voor de ten laste gelegde feiten, waaronder de hoofdzaak, veroordeeld zou worden tot een gevangenisstraf van 12 weken, met aftrek van voorarrest. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, waarbij het zich verenigde met de overwegingen van de politierechter. De beslissing werd genomen door de meervoudige strafkamer van het hof, waarin de rechters P.F.E. Geerlings, H.A. van Eijk en M.R. Cox zitting hadden. De uitspraak vond plaats op een openbare terechtzitting, waarbij griffier C.N. Aalders aanwezig was. Mr. M.R. Cox was buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001782-18
datum uitspraak: 7 augustus 2019
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 15 mei 2018 in de strafzaak onder parketnummer 13-701784-18 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1999,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 24 juli 2019 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het onder 1, 2 primair en 3 primair ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 weken, met aftrek van voorarrest.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. P.F.E. Geerlings, mr. H.A. van Eijk en mr. M.R. Cox, in tegenwoordigheid van C.N. Aalders, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 7 augustus 2019.
Mr. M.R. Cox is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
[…]