ECLI:NL:GHAMS:2019:3139

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
28 augustus 2019
Publicatiedatum
28 augustus 2019
Zaaknummer
200.246.365/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Getuigenverhoor in onderzoek naar beleid en gang van zaken van Casa della Gioia B.V.

In deze zaak, behandeld door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, is op 28 augustus 2019 een beschikking gegeven inzake een verzoek tot het horen van getuigen in het kader van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Casa della Gioia B.V. Het verzoek is ingediend door de onderzoeker, drs. E.A. Marseille RA, die eerder door de Ondernemingskamer was aangesteld. De Ondernemingskamer had eerder op 27 november 2018 een onderzoek bevolen naar Casa, waarbij ing. J.A.H. Overing MBA als bestuurder was benoemd. De onderzoeker verzocht om de getuigen [A] en [B] te horen, omdat zij als bestuurders van de vennootschappen betrokken zijn bij de gang van zaken van Casa. De Ondernemingskamer achtte het verzoek toewijsbaar, mede gezien de reacties van de betrokken partijen. Het getuigenverhoor zal plaatsvinden in het Paleis van Justitie te Amsterdam, waarbij mr. A.W.H. Vink als raadsheer-commissaris is benoemd. De Ondernemingskamer heeft geen aanleiding gezien voor een kostenveroordeling. De beschikking is uitgesproken in het openbaar en ondertekend door de rechters en de griffier.

Uitspraak

beschikking ___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.246.365/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 28 augustus 2019
inzake
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LAMB SHEPHERD HOLDING B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CASA DELLA GIOIA B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERZOEKSTERS,
advocaat:
mr. S.L. Schram, kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CASA DELLA GIOIA B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. B. Coskun, kantoorhoudende te Amsterdam,
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BYBLOS B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. B. Coskun, kantoorhoudende te Amsterdam,
2. de stichting
STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR CASA DELLA GIOIA B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
BELANGHEBBENDE,
verschenen bij haar bestuurders [A] en [B] ,

3 [C] ,

wonende te [....] ,
4.
[D],
wonende te [....] ,
5.
[E],
wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
in persoon verschenen.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 27 november 2018 en 3 december 2018.
1.2
Bij de beschikking van 27 november 2018 heeft de Ondernemingskamer een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Casa della Gioia B.V. (hierna: Casa) over de periode vanaf 1 januari 2014 en een nader door de Ondernemingskamer aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten. Tevens is bij die beschikking bij wijze van onmiddellijke voorziening met onmiddellijke ingang en vooralsnog voor de duur van het geding – voor zover nodig in afwijking van de statuten – een nader door de Ondernemingskamer aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd tot bestuurder van Casa met beslissende stem en bepaald dat deze bestuurder zelfstandig bevoegd is Casa te vertegenwoordigen en dat zonder deze bestuurder Casa niet vertegenwoordigd kan worden. Bij beschikking van dezelfde dag heeft de Ondernemingskamer ing. J.A.H. Overing MBA te Amsterdam aangewezen als bestuurder van Casa. Bij beschikking van 3 december 2018 is drs. E.A. Marseille RA te Amsterdam (hierna: de onderzoeker) aangewezen als onderzoeker.
1.3
Bij verzoekschrift, ter griffie van de Ondernemingskamer ontvangen op 24 juli 2019, heeft de onderzoeker de Ondernemingskamer verzocht in deze zaak op de voet van artikel 2:352a BW twee getuigen te horen, te weten [A] (hierna: [A] ) en [B] (hierna: [B] ).
1.4
Bij e-mail van 29 juli 2019 heeft de secretaris van de Ondernemingskamer partijen in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het verzoek van de onderzoeker.
1.5
Bij brief van 1 augustus 2019 heeft mr. Schram namens Lamb Shepherd Holding B.V. en namens [B] de Ondernemingskamer bericht het verzoek en de daarvoor aangevoerde gronden te ondersteunen.
1.6
Bij e-mail van 12 augustus 2019 heeft mr. Coskun namens Casa en Byblos B.V. de Ondernemingskamer bericht in te stemmen met het verzoek van de onderzoeker.

2.De gronden van de beslissing

2.1
De onderzoeker heeft ter toelichting van haar onder 1.3 vermelde verzoek – kort samengevat – het volgende naar voren gebracht. De te horen getuigen vormen via hun persoonlijke vennootschappen het bestuur van Casa. Stichting Administratiekantoor Casa della Gioia B.V. (hierna: STAK) houdt alle aandelen in Casa. [B] en [A] vormen tezamen het bestuur van STAK en houden via hun persoonlijke vennootschappen elk 37,5% van de certificaten van aandelen in STAK. De onderzoeker acht het noodzakelijk en in het belang van het onderzoek een getuigenverhoor te gelasten omdat [B] en [A] met betrekking tot contante opnamen uit Casa tegenstrijdig aan elkaar hebben verklaard, maar ook per partij niet eenduidig hebben verklaard. De onderzoeker is voor dit onderwerp vrijwel volledig afhankelijk van mondelinge informatieverschaffing, omdat de contante opnamen niet zijn vastgelegd in de administratie van Casa. Dit maakt het nagenoeg onmogelijk om de getrouwheid van de afgelegde verklaringen te verifiëren. De onderzoeker verwacht dat de getuigen meer helderheid zullen verschaffen als zij worden gehoord door (een raadsheer-commissaris van) de Ondernemingskamer. Voor het onderzoek is het van belang of partijen contant geld hebben opgenomen uit Casa omdat hieruit hun verantwoordelijkheid blijkt voor het gevoerde beleid. Ook is van belang welke bedragen zijn opgenomen in het kader van een verkoop van de onderneming en de onroerende zaak.
2.2
De Ondernemingskamer acht het verzoek van de onderzoeker om op de voet van art. 2:352a BW [A] en [B] te doen horen, mede gelet op de reacties van partijen, toewijsbaar.
2.3
Het getuigenverhoor zal plaatsvinden ten overstaan van de door de Ondernemingskamer op voet van artikel 16 lid 5 Rv uit haar midden aan te wijzen raadsheer-commissaris in het Paleis van Justitie te Amsterdam.
2.4
Voor een kostenveroordeling ziet de Ondernemingskamer geen aanleiding.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
gelast een getuigenverhoor op de voet van artikel 2:352a BW;
benoemt tot raadsheer-commissaris in de zin van artikel 16 lid 5 Rv voor wie dit getuigenverhoor zal plaatsvinden mr. A.W.H. Vink;
bepaalt dat dit getuigenverhoor zal worden gehouden in het Paleis van Justitie, IJdok 20 te Amsterdam, op een na schriftelijke opgave van de verhinderdata voor de maanden september en oktober 2019 van de onderzoeker, partijen en de getuigen nader te bepalen dag en uur, welke opgave uiterlijk zeven dagen na heden dient te worden gedaan.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. C.C. Meijer en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en prof. dr. mr. F. van der Wel RA en W. Wind, raden, in tegenwoordigheid van mr. B.J. Blok, griffier, en uitgesproken in het openbaar op 28 augustus 2019.