ECLI:NL:GHAMS:2019:3041

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
15 augustus 2019
Publicatiedatum
16 augustus 2019
Zaaknummer
23-000122-17
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging vonnis en vrijspraak in hoger beroep van openlijke geweldpleging en mishandeling

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 15 augustus 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft een verdachte die op 22 juli 2016 in Haarlem samen met anderen openlijk geweld heeft gepleegd tegen een slachtoffer, en daarnaast wordt hem mishandeling ten laste gelegd. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de politierechter, die op 9 januari 2017 uitspraak deed in deze strafzaak.

Tijdens de zitting in hoger beroep op 1 augustus 2019 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die heeft gepleit voor vrijspraak van de verdachte. Het hof heeft vastgesteld dat de tenlastelegging niet wettig en overtuigend bewezen is, zowel voor de primair als subsidiair ten laste gelegde feiten. Het hof heeft daarbij opgemerkt dat eventuele taal- en schrijffouten in de tenlastelegging geen nadelige gevolgen voor de verdediging van de verdachte hebben.

Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de hem ten laste gelegde feiten. Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum als de uitspraak.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000122-17
datum uitspraak: 15 augustus 2019
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 9 januari 2017 in de strafzaak onder parketnummer
15-215588-16 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1991,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 1 augustus 2019 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
primairhij op of omstreeks 22 juli 2016, te gemeente Haarlem met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, de Kruisstraat, in elk geval op of aan een openbare weg, (meermalen) openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer], door voornoemde [slachtoffer]
- ( meermalen) (met kracht) (telkens) opzettelijk met de (tot vuist gebalde) hand in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd en/of het lijf te slaan/stompen, en/of
- ( meermalen) (met kracht) (telkens) opzettelijk tegen de benen en/of het lijf te schoppen/trappen;
subsidiairhij op of omstreeks 22 juli 2016 te Haarlem tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen [slachtoffer] heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer]
- ( meermalen) (met kracht) (telkens) opzettelijk met de (tot vuist gebalde) hand in/tegen het gezicht, althans op/tegen het hoofd en/of het lijf te slaan/stompen, en/of
- ( meermalen) (met kracht) (telkens) opzettelijk tegen de benen en/of het lijf te schoppen/trappen.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de politierechter van de rechtbank Noord-Holland.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden vrijgesproken.

Vrijspraak

Naar het oordeel van het hof is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte primair en subsidiair is ten laste gelegd, zodat de verdachte, overeenkomstig de vordering van de advocaat-generaal, hiervan moet worden vrijgesproken.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het primair en subsidiair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.M. van der Nat, mr. A.E. Kleene-Krom en mr. M. Senden, in tegenwoordigheid van mr. N.M. Simons, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
15 augustus 2019.
[…]