Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
zij op of omstreeks 5 augustus 2016 te Haarlem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen twee flessen gin, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan slijterij [slijterij], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 09 november 2015 tot en met 22 oktober 2016 te Haarlem, althans in Nederland, telkens wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer], in elk geval van een ander, telkens met het oogmerk voornoemde [slachtoffer], in elk geval die ander telkens te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen, immers heeft verdachte
Vonnis waarvan beroep
Bewezenverklaring
zij op 5 augustus 2016 te Haarlem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen twee flessen gin, toebehorende aan slijterij [slijterij].
zij in de periode van 9 november 2015 tot en met 22 oktober 2016 te Haarlem wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer], telkens met het oogmerk [slachtoffer] te dwingen iets te dulden, immers heeft verdachte
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [slijterij]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Vordering tenuitvoerlegging
Vordering tenuitvoerlegging
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden.
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd ten behoeve van het vaststellen van haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
- zich te houden aan de aanwijzingen die de reclassering haar geeft, voor zover deze niet reeds zijn opgenomen in een andere bijzondere voorwaarde. Daartoe moet de verdachte zich melden bij GGZ reclassering [naam 2]. Hierna moet zij zich gedurende de proeftijd blijven melden zo frequent als GGZ reclassering [naam 2] dat nodig acht.
- zich, gezien de directe samenhang van de alcoholproblematiek en de persoonlijkheids-problematiek met het criminele gedrag van de verdachte, klinisch te laten behandelen in een intramurale inrichting of (forensische) verslavingszorg voor de maximale duur van een jaar.
- na klinische opname mee te werken aan ambulante behandeling bij de Forensische Polikliniek [naam 2] of een soortgelijke instelling.
- mee te werken aan begeleiding in het kader van nazorg, ook als dat inhoudt dat een traject gericht op begeleid wonen geïndiceerd is. Tevens dient zij mee te werken aan de afname van urinecontroles.
€ 39,49 (negenendertig euro en negenenveertig cent) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 39,49 (negenendertig euro en negenenveertig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
1 (één) dag hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 1.500,00 (duizend vijfhonderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.500,00 (duizend vijfhonderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
25 (vijfentwintig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
15-122066-14.