ECLI:NL:GHAMS:2019:2884

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
7 augustus 2019
Publicatiedatum
7 augustus 2019
Zaaknummer
200.211.225/02 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanwijzing beheerder van aandelen in een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid na onderzoek naar beleid en gang van zaken

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 7 augustus 2019, betreft het een verzoek van [A] tegen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Rabat Beheer B.V. en de B.V. Handelmaatschappij “Berg en Dal” en Ergo Management B.V. De Ondernemingskamer heeft eerder beschikkingen gegeven waarin een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Rabat Beheer B.V. werd bevolen. Dit onderzoek werd uitgevoerd door mr. G.C. Endedijk, en mr. J.G. Princen werd benoemd tot derde bestuurder van Rabat met beslissende stem. De Ondernemingskamer heeft in eerdere beschikkingen ook financiële kaders gesteld voor het onderzoek en heeft maatregelen getroffen met betrekking tot de bestuurders van Rabat.

In de beschikking van 5 augustus 2019 zijn B.V. Handelmaatschappij “Berg en Dal” en Ergo Management B.V. geschorst als bestuurders van Rabat. Tevens is bepaald dat een derde, aan te wijzen persoon, de aandelen in Rabat ten titel van beheer zal ontvangen. De Ondernemingskamer heeft nu mr. J.C. Jaakke aangewezen als beheerder van de aandelen, zoals eerder bepaald in de beschikking van 5 augustus 2019. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk effect heeft, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen deze beschikking kunnen worden aangewend. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. S.C. Prins, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
Zaaknummer: 200.211.225/02 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 7 augustus 2019
inzake
[A],
wonende te [....] ,
VERZOEKER,
advocaten:
mrs. T.S. Jansenen
A.S. van der Heide, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RABAT BEHEER B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
aanvankelijk niet verschenen,
thans advocaat:
mr. W. Buikstra, kantoorhoudende te Rotterdam,
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
B.V. HANDELMAATSCHAPPIJ “BERG EN DAL”,
gevestigd te Amsterdam,
2.
[B],
wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. M.B. Bollen, kantoorhoudende te Almelo (voorheen: mr. E.M. Soerjatin),
e n t e g e n
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ERGO MANAGEMENT B.V.,
gevestigd te Wassenaar,
BELANGHEBBENDE,
advocaten:
mrs. T.S. Jansenen
A.S. van der Heide, beiden kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 18 en 20 juli 2017, 1 juni 2018 en 5 augustus 2019 in deze zaak.
1.2
Bij de beschikkingen van 18 en 20 juli 2017 heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Rabat Beheer B.V. (hierna: Rabat) over de periode vanaf 1 juli 2016, mr. G.C. Endedijk benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, alsmede – bij wijze van onmiddellijke voorzieningen met onmiddellijke ingang en vooralsnog voor de duur van het geding, voor zover nodig in afwijking van de statuten – mr. J.G. Princen (hierna: Princen) benoemd tot derde bestuurder van Rabat met beslissende stem en bepaald dat Princen zelfstandig bevoegd is Rabat te vertegenwoordigen en dat zonder Princen Rabat niet vertegenwoordigd kan worden.
1.3
Bij beschikking van 1 juni 2018 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het bij de beschikking van 18 juli 2017 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Rabat ten hoogste mag kosten verhoogd tot € 35.000 (exclusief btw).
1.4
Bij beschikking van 5 augustus 2019 heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang en zakelijk weergegeven – bij wijze van onmiddellijke voorzieningen met onmiddellijke ingang en vooralsnog voor de duur van het geding bepaald dat:
B.V. Handelmaatschappij “Berg en Dal” en Ergo Management B.V. zijn geschorst als bestuurders van Rabat;
één-derde van de door [B] en één-derde van de door [A] gehouden aandelen in Rabat ten titel van beheer zijn overgedragen aan een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon;
de algemene vergadering van Rabat, zo nodig in afwijking van de statuten, alle besluiten bij volstrekte meerderheid kan nemen en zonder dat een quorum vereist is;
indien en voor zover [B] en [A] wensen over te gaan tot splitsing van Rabat, zij zich daarover slechts met Princen en met de beheerder van aandelen zullen kunnen verstaan door tussenkomst van een fiscalist en/of een advocaat;
Rabat de redelijke en in redelijkheid gemaakte kosten van verweer van Princen en van de beheerder van aandelen, ter zake de vaststelling van aansprakelijkheid vanwege onbehoorlijke taakvervulling, betaalt en dat dit ook geldt voor de kosten van verweer tegen tuchtklachten of strafrechtelijke aangiften;
Princen daartoe tweemaal een bedrag van € 250.000 mag separeren uit Rabat, zo nodig door het bewerkstelligen van een dividenduitkering door een dochtervennootschap van Rabat en dat hij deze bedragen op door hem te bepalen voorwaarden in
escrowmag plaatsen ten behoeve van vorenbedoelde kosten van verweer van Princen en de beheerder van aandelen.

2.De gronden van de beslissing

De Ondernemingskamer zal thans de hierna te vermelden persoon aanwijzen als beheerder van aandelen als bedoeld in de beschikking van 5 augustus 2019.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
wijst aan als beheerder van aandelen zoals bedoeld in de beschikking van 5 augustus 2019 in deze zaak: mr. J.C. Jaakke te Amsterdam;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. A.J. Wolfs en mr. A.W.H. Vink, raadsheren en prof. dr. M.N. Hoogendoorn RA en drs. M.A. Scheltema, raden, in tegenwoordigheid van mr. S.C. Prins, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 7 augustus 2019.