Uitspraak
[verdachte]
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 12 juni 2019 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die eerder door de politierechter in de rechtbank Amsterdam was veroordeeld op 12 oktober 2018. De verdachte heeft tijdens de terechtzitting aangegeven het hoger beroep niet te willen handhaven. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang is dat gediend is met nader onderzoek van de zaak. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof besloten de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het ingestelde hoger beroep. De beslissing is genomen door mr. G. Oldekamp, met mr. L. van Dijk als griffier. De uitspraak benadrukt het belang van de ontvankelijkheid in hoger beroep en de voorwaarden waaronder deze kan worden afgewezen.