ECLI:NL:GHAMS:2019:2437

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
12 juni 2019
Publicatiedatum
16 juli 2019
Zaaknummer
23-003382-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep op basis van artikel 416 lid 2 Sv

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 12 juni 2019 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die in eerste aanleg door de politierechter in de rechtbank Noord-Holland was veroordeeld. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 2 augustus 2018. Tijdens de zitting heeft de gemachtigde raadsman van de verdachte aangegeven het hoger beroep niet te willen handhaven. Dit leidde tot de vraag of de verdachte ontvankelijk was in het hoger beroep. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang was dat diende met nader onderzoek van de zaak. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof besloten de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het ingestelde hoger beroep. De beslissing van het hof is dat de verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard in het hoger beroep, wat betekent dat de eerdere uitspraak van de politierechter in stand blijft.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 96-085281-18
parketnummer hoger beroep : 23-003382-18
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 12 juni 2019 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 2 augustus 2018 in de zaak tegen de verdachte:
naam:
[verdachte]
voornamen:
geboren: [geboortedag] 1985 te [geboorteplaats]
adres: [adres].

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Nu de raadsman ter terechtzitting te kennen heeft gegeven het hoger beroep niet te willen handhaven en ook overigens niet is gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig nader onderzoek van de zaak, zal de verdachte gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering niet-ontvankelijk worden verklaard in het ingestelde hoger beroep.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Gewezen door mr. G. Oldekamp, in bijzijn van mr. L. van Dijk, griffier.
mr. G. Oldekamp