ECLI:NL:GHAMS:2019:2364

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
1 juli 2019
Publicatiedatum
11 juli 2019
Zaaknummer
23-002165-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis met verbetering kwalificatie en aanvulling gronden in hoger beroep

Dit arrest is gewezen door het gerechtshof Amsterdam in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 14 juni 2018. De verdachte, geboren in Albanië en zonder bekende woon- of verblijfplaats, heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis waarvan beroep. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 17 juni 2019 gehouden en heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die strekt tot bevestiging van het vonnis.

Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, maar met enkele aanpassingen. Zo is het woord 'opzettelijk' uit de kwalificatie geschrapt en is er een aanvulling gedaan in de zakelijke weergave van het bewijsmiddel. De aanpassing betreft de toevoeging van een zinsnede in de verklaring van de verdachte over de nationale identiteitskaart van Bulgarije.

De beslissing van het hof is genomen door de meervoudige strafkamer, waarin drie rechters zitting hadden. Het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 1 juli 2019. De rechters Boumans en Dubelaar waren niet in staat om het arrest mede te ondertekenen, wat gebruikelijk is in dergelijke procedures.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002165-18
datum uitspraak: 1 juli 2019
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 14 juni 2018 in de strafzaak onder parketnummer
15-107875-18 tegen
[verdachte],
geboren te ‘onbekend’ (Albanië) op [geboortedag] 1983,
adres: zonder bekende woon- of verblijfplaats.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 17 juni 2019 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot bevestiging van het vonnis waarvan beroep.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit daarom bevestigen met dien verstande dat het hof:
  • uit de in het vonnis vermelde kwalificatie het woordje ‘opzettelijk’ schrapt.
  • in de zakelijke weergave van het bewijsmiddel met nummer IV in de zin: ‘[i]k heb de nationale identiteitskaart van Bulgarije op de luchthaven ter controle aangeboden’, tussen het woord ‘Bulgarije’ en het woordje ‘op’ opneemt de zinsnede: ‘met nummer [nummer]’.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. A.D.R.M. Boumans, mr. J. Piena en mr. M.J. Dubelaar, in tegenwoordigheid van mr. M.E. van Rijn, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 1 juli 2019.
Mr. A.D.R.M. Boumans en mr. M.J. Dubelaar zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
[…]