Uitspraak
mr. F.L. van den Boomgaarden
mr. J.M.J. Arts, beiden kantoorhoudende te Rotterdam,
mr. P.A.J. Peeters, kantoorhoudende te Rotterdam,
mr. P.A.J. Peeters, kantoorhoudende te Rotterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 3 juli 2019 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [A] en de besloten vennootschappen N&I Professional Services B.V. en Gemakri Beheer B.V. Verzoekster [A] had op 26 februari 2019 een verzoekschrift ingediend waarin zij verzocht om een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van N&I Professional Services over de periode vanaf eind 2017. Tevens vroeg zij om onmiddellijke voorzieningen, waaronder de schorsing van Gemakri Beheer als bestuurder van N&I Professional Services en de overdracht van aandelen aan een door de Ondernemingskamer te benoemen beheerder.
N&I Professional Services en Gemakri Beheer hebben in hun verweerschrift verzocht om [A] niet ontvankelijk te verklaren in haar verzoek. Tijdens de openbare terechtzitting op 2 mei 2019 hebben de advocaten van de partijen hun standpunten toegelicht. Partijen hebben gezamenlijk verzocht om aanhouding van de beslissing om een minnelijke regeling te trachten te bereiken. Op 24 juni 2019 heeft [A] echter haar verzoek ingetrokken, wat door de andere partijen werd betwist.
De Ondernemingskamer heeft geoordeeld dat [A] bevoegd was haar verzoek in te trekken zonder toestemming van de andere partijen, aangezien er nog geen eindbeschikking was gegeven. Hierdoor was er geen verdere beoordeling van het verzoek nodig en werd [A] niet-ontvankelijk verklaard. Wat betreft de proceskosten werd [A] veroordeeld in de kosten van het geding, maar het verzoek van Gemakri Beheer om [A] te veroordelen in de werkelijke kosten werd afgewezen, omdat er onvoldoende bewijs was voor misbruik van procesrecht. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.