ECLI:NL:GHAMS:2019:1859
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake niet houden aan ambtelijk bevel en gebiedsverbod
Op 2 april 2019 vond de terechtzitting plaats in de enkelvoudige strafkamer van het Gerechtshof Amsterdam. De zaak betreft een hoger beroep van een verdachte die niet aanwezig was, maar vertegenwoordigd werd door zijn raadsman, mr. B.H.J. van Rhijn. De verdachte, geboren in 1982, heeft problemen met zijn huisvesting en overtreedt regelmatig de opgelegde gebiedsverboden, wat leidt tot gevangenisstraffen. De politierechter had eerder een voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd. De raadsman pleitte voor een (gedeeltelijk) voorwaardelijke taakstraf met reclasseringstoezicht, om de vicieuze cirkel van de verdachte te doorbreken. De raadsheer, H.M.J. Quaedvlieg, stelde dat het niet voor de hand ligt om reclasseringstoezicht op te leggen zonder advies van de reclassering. De advocaat-generaal steunde het verzoek om aanhouding van de strafzaak voor het opstellen van een reclasseringsrapport. De raadsman was bezorgd dat een aanhouding voor onbepaalde tijd zou leiden tot verdere uitstel. Uiteindelijk besloot de raadsheer het onderzoek voor onbepaalde tijd te schorsen, met de opdracht aan de reclassering om de situatie van de verdachte te onderzoeken en te bepalen of hij bereid is tot medewerking aan reclasseringstoezicht. De zaak wordt later opnieuw behandeld, waarbij de verdachte en zijn raadsman opnieuw zullen worden opgeroepen.