ECLI:NL:GHAMS:2019:1591

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
2 mei 2019
Publicatiedatum
9 mei 2019
Zaaknummer
200.247.798/03 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beschikking inzake verzoek tot informatievoorziening in het kader van een onderzoek naar beleid en gang van zaken van Steelframe c.s.

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, Ondernemingskamer, wordt het verzoek van Van [C] en [D] om informatie over de gang van zaken bij Steelframe c.s. behandeld. De raadsheer-commissaris, mr. A.W.H. Vink, heeft op 2 mei 2019 de beslissing genomen dat Van [C] en [D] niet ontvankelijk zijn in hun verzoek. Dit verzoek was ingediend naar aanleiding van eerdere beschikkingen van de Ondernemingskamer, waarin een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Steelframe c.s. was bevolen. De raadsheer-commissaris heeft vastgesteld dat hij geen aanwijzingen kan geven aan de tijdelijk benoemde bestuurder van Steelframe Beheer en TTB Staal, zoals verzocht door Van [C] en [D]. De wetgeving, specifiek artikel 2:350 lid 4 BW, staat dit niet toe. De raadsheer-commissaris heeft geconcludeerd dat er geen wettelijke grondslag is voor het verzoek en dat Van [C] en [D] derhalve niet ontvankelijk zijn. De beschikking is gegeven in aanwezigheid van de griffier, mr. B.J. Blok.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.247.798/03 OK
beschikking van de raadsheer-commissaris van 2 mei 2019
inzake
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TORNADO BEHEER B.V.,
gevestigd te Volendam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[B],
gevestigd te [....] ,
VERZOEKSTERS,
advocaat:
mr. F.M.Y. Semil-Wertenbroek, kantoorhoudende te Tilburg,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STEELFRAME BEHEER B.V.,
gevestigd te Tilburg,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STEELFRAME GROUP B.V.,
gevestigd te Tilburg,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STEELFRAME B.V.,
gevestigd te Tilburg,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TTB STAAL B.V.,
gevestigd te Tilburg,
VERWEERSTERS,
advocaten:
mr. M.W.E. Eversen
mr. R.A. Marres, beiden kantoorhoudende te Amsterdam (voorheen: mr. F.B. Keulen),
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LINNAEUSPARK BELEGGINGEN B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2.
[C],
wonende te [....] .
3.
[D],
gevestigd te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
Advocaat:
mr. J.L.J. Leijendekker,kantoorhoudende te Wijk bij Duurstede,
e n t e g e n
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[E],
gevestigd te [....] ,
5.
Stichting Continuïteit Steelframe Group,
gevestigd te Volendam,
BELANGHEBBENDEN,
niet bij advocaat verschenen,
e n t e g e n

6 COÖPERATIEVE RABOBANK U.A.,

gevestigd te Utrecht,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. B.J. Boutellier, kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
In het vervolg zullen partijen en andere (rechts)personen (ook) als volgt worden aangeduid:
  • verweersters sub 1 en sub 4 respectievelijk met Steelframe Beheer en TTB Staal, en verweersters gezamenlijk met Steelframe c.s.;
  • belanghebbenden sub 2 en sub 3 respectievelijk met Van [C] en [D] ;
  • Stichting Continuïteit Steelframe Group met de Stak.
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de raadsheer-commissaris naar de beschikkingen van de Ondernemingskamer van 19 en 20 december 2018 en 19 februari 2019 in deze zaak.
1.3
Bij de beschikkingen van 19 en 20 december 2018 heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Steelframe c.s. over de periode vanaf 1 januari 2017, mr. R. Mulder (hierna: onderzoeker) benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, alsmede – bij wijze van onmiddellijke voorzieningen en vooralsnog voor de duur van het geding – Van [C] geschorst als bestuurder van Steelframe Beheer en TTB Staal, mr. P.J. Colijn (hierna: bestuurder) tot bestuurder van Steelframe Beheer en TTB Staal benoemd en bepaald dat aan artikel 9.5 van de statuten van Steelframe Beheer geen werking toekomt. Mr. A.W.H. Vink is benoemd tot raadsheer-commissaris.
1.4
Bij brief van 15 april 2019 heeft mr. Leijendekker namens Van [C] en [D] de raadsheer-commissaris – zakelijk weergegeven – verzocht het ertoe te leiden dat Van [C] en [D] door de bestuurder worden geïnformeerd met betrekking tot de stand van zaken bij Steelframe c.s., met name ten aanzien van de liquiditeitsprognose voor 2019.
1.5
Bij e-mail van 17 april 2019 heeft de secretaris van de Ondernemingskamer mr. Leijendekker geïnformeerd dat, ingevolge artikel 2:350 lid 4 BW, de raadsheer-commissaris desverzocht aanwijzingen kan geven over de wijze waarop een door de Ondernemingskamer bevolen onderzoek wordt uitgevoerd, maar dat de raadsheer-commissaris niet de bevoegdheid heeft om aanwijzingen te geven aan een door de Ondernemingskamer benoemde tijdelijk bestuurder. Aan mr. Leijendekker is verzocht kenbaar te maken of hij het verzoek wenste te handhaven.
1.6
Bij e-mail van 18 april 2019 heeft mr. Leijendekker namens Van [C] en [D] zijn verzoek gehandhaafd.
1.7
Steelframe c.s. en de onderzoeker zijn bij e-mail van de secretaris van de Ondernemingskamer van 19 april 2019 in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over voornoemd verzoek van Van [C] en [D] .
1.8
Bij e-mails van 29 april 2019 hebben de onderzoeker en Steelframe Beheer de raadsheer-commissaris bericht dat zij menen dat Van [C] en [D] in hun verzoek niet kunnen worden ontvangen, althans dat het verzoek afgewezen dient te worden.
1.9
Van de overige partijen zijn geen reacties binnengekomen.

2.De gronden van de beslissing

2.1
Van [C] en [D] hebben ter toelichting op hun verzoek naar voren gebracht dat zij van de door de Ondernemingskamer benoemde tijdelijk bestuurder geen enkel bericht hebben ontvangen over de gang van zaken binnen Steelframe c.s., ook niet na verzoeken daartoe. [D] heeft als houder van certificaten van aandelen in Steelframe Beheer recht en belang bij informatie over Steelframe c.s.
2.2
De onderzoeker en Steelframe Beheer achten het niet op zijn plaats dat de verzochte aanwijzing aan de bestuurder wordt gegeven. De raadsheer-commissaris kan ingevolge artikel 2:350 lid 4 BW slechts aanwijzingen geven over de wijze waarop een door de Ondernemingskamer bevolen onderzoek wordt uitgevoerd. Het verzoek van Van [C] en [D] , inhoudende dat de raadsheer-commissaris een aanwijzing geeft aan een door de Ondernemingskamer benoemde tijdelijk bestuurder, kan niet worden toegewezen nu dit valt buiten de reikwijdte van de bevoegdheid van de raadsheer-commissaris zoals opgenomen in artikel 2:350 lid 4 BW. Steelframe Beheer heeft daaraan toegevoegd dat ook anderszins geen wettelijke grondslag bestaat, op grond waarvan de raadsheer-commissaris aan een door de Ondernemingskamer benoemde tijdelijk bestuurder een aanwijzing kan geven.
2.3
De raadsheer-commissaris verstaat dat hem verzocht wordt om op grond van artikel 2:350 lid 4 BW een aanwijzing te geven aan de door de Ondernemingskamer benoemde tijdelijk bestuurder. Artikel 2:350 lid 4 BW bepaalt dat de raadsheer-commissaris, indien de goede gang van zaken van het onderzoek dit vereist, op verlangen van verzoekers of belanghebbenden aanwijzingen kan geven over de wijze waarop het onderzoek wordt uitgevoerd. De raadsheer-commissaris kan op grond van genoemd artikellid echter geen aanwijzingen geven aan een door de Ondernemingskamer benoemde tijdelijk bestuurder. Ook overigens komt de raadsheer-commissaris een dergelijke bevoegdheid niet toe.
2.4
De slotsom is dat Van [C] en [D] niet ontvankelijk zijn in hun verzoek.

3.De beslissing

De raadsheer-commissaris:
verklaart Van [C] en [D] niet ontvankelijk in hun verzoek.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.W.H. Vink, raadsheer-commissaris, in tegenwoordigheid van mr. B.J. Blok, griffier, op 2 mei 2019.