Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
- Thijsius heeft 4000 gewone aandelen;
- de erven [naam 1] [naam 4] hebben 1/3 prioriteitsaandeel (P2);
- de erven [naam 2] [naam 4] hebben 24.594 cumulatief preferente aandelen en 1/3
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft Thijsius Holding B.V. (hierna: Thijsius) hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam, waarin de vordering tot vernietiging van besluiten genomen tijdens de algemene vergadering van aandeelhouders van Conew B.V. (hierna: Conew) werd afgewezen. Thijsius stelde dat zij niet op de juiste wijze was opgeroepen voor de vergadering van 17 augustus 2010, wat volgens haar een fundamenteel gebrek in de besluitvorming vormde. De rechtbank had geoordeeld dat Conew erkende dat de besluitvorming over de jaarrekening 2001 opnieuw moest plaatsvinden, maar dat Thijsius onvoldoende belang had bij haar vordering.
Het hof heeft de feiten van de zaak in hoger beroep opnieuw beoordeeld. Thijsius had in hoger beroep haar eis vermeerderd en stelde dat de besluiten van de vergadering van 17 augustus 2010, waaronder de vaststelling van de jaarrekening 2001, vernietigbaar waren. Het hof oordeelde dat de oproeping van Thijsius voor de vergadering niet in overeenstemming was met de statuten van Conew, omdat deze te laat was gedaan en geen agenda bevatte. Dit gebrek gaf grond voor vernietiging van de besluiten, inclusief de vaststelling van de jaarrekening 2001.
Het hof vernietigde het bestreden vonnis en wees de vorderingen van Thijsius gedeeltelijk toe. De proceskosten werden gecompenseerd. Het arrest benadrukt het belang van een correcte oproeping voor een eerlijke besluitvorming in aandeelhoudersvergaderingen.