Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
“Je hebt een vaststellingsovereenkomst getekend, deze zal nietig zijn indien je je ziek meldt. Je ziekmelding wordt dus niet geaccepteerd.”
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 27 februari 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de nietigheid en vernietigbaarheid van een beëindigingsovereenkomst die door een werkneemster was getekend na een ontslag op staande voet. De werkneemster, aangeduid als [appellante], had haar ontslag betwist en stelde dat de beëindigingsovereenkomst nietig was vanwege een ziekmelding en een geestelijke stoornis. Het hof heeft de grieven van [appellante] verworpen en geoordeeld dat de beëindigingsovereenkomst rechtsgeldig was. Het hof oordeelde dat de ziekmelding van [appellante] niet leidde tot nietigheid van de overeenkomst, omdat deze niet in strijd was met de wet of de goede zeden. Daarnaast werd vastgesteld dat [appellante] voldoende in staat was om de overeenkomst te ondertekenen, ondanks haar psychische problemen, en dat Impuls Kinderopvang B.V. niet op de hoogte was van de ernst van haar situatie. Het hof concludeerde dat de werkneemster niet had aangetoond dat zij had gedwaald over haar juridische positie en dat er geen sprake was van misbruik van omstandigheden. De beslissing van de kantonrechter om de proceskosten te compenseren werd vernietigd, en [appellante] werd veroordeeld in de kosten van de procedure.