ECLI:NL:GHAMS:2018:5036

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
30 november 2018
Publicatiedatum
27 februari 2019
Zaaknummer
23-000048-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis met aanpassing bewijsmiddelen in zaak van valsheid in geschrift en oplichting

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 30 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 28 december 2017. De zaak betreft valsheid in geschrift en oplichting, waarbij de verdachte in hoger beroep is gegaan tegen het eerdere vonnis. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 16 november 2018 gehouden en heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, alsook van de argumenten van de verdachte en zijn raadsman.

Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, maar met aanpassing van de bewijsmiddelen. Dit houdt in dat het hof de aanhef van bewijsmiddel 10 heeft aangepast en een nieuw bewijsmiddel heeft toegevoegd, namelijk het proces-verbaal van bevindingen van een buitengewoon opsporingsambtenaar van de Politie Nederland, dat betrekking heeft op geluidsopnames van een ontmoeting tussen de verdachte en andere betrokkenen. De verdachte heeft tijdens de eerdere terechtzitting verklaard bekend te zijn met deze geluidsopnames.

De beslissing van het hof is genomen door de meervoudige strafkamer, die bestond uit drie rechters. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken. Het hof heeft de zaak zorgvuldig beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat het vonnis van de rechtbank moet worden bevestigd, met inachtneming van de aanpassingen in de bewijsmiddelen.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 23-000048-18
Datum uitspraak: 30 november 2018
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 28 december 2017 in de strafzaak onder parketnummer 13-730034-14 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
16 november 2018 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen met dien verstande dat het hof:
- de aanhef van bewijsmiddel 10 als volgt aanpast:
Het proces-verbaal van bevindingen beslag SPIN.6.04.05 met nummer 2014069713 van 13 mei 2014, in de wettelijke vorm opgemaakt door S-158, buitengewoon opsporingsambtenaar werkzaam bij de Politie Nederland, Eenheid Amsterdam, Dienst Regionale Recherche (pagina 211 tot en met 216);
- en het navolgende bewijsmiddel toevoegt:
De verklaring van de
verdachte, afgelegd ter terechtzitting in eerste aanleg van 14 december 2017. Deze verklaring houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven:
U vraagt of ik ermee bekend ben dat er geluidsopnames zijn gemaakt bij de ontmoeting tussen mij en [naam 1] en [naam 2]. Ja, dat weet ik. Ik ben inderdaad op die audio-opnames te horen.

BESLISSING

Het hof bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. J. Piena, mr. A.P.M. van Rijn en mr. S.M.M. Bordenga, in tegenwoordigheid van
mr. A. Stronkhorst, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
30 november 2018.