ECLI:NL:GHAMS:2018:4611

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 juni 2018
Publicatiedatum
14 december 2018
Zaaknummer
23-001265-17
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake vrijspraak oplichting en bewezenverklaring woninginbraken met geweld

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 26 juni 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was eerder vrijgesproken van oplichting, maar het hof heeft geoordeeld dat de aangiften van het slachtoffer problematisch zijn, gezien de complexe relatie tussen de verdachte en de aangever, die vrijwel doof is. De verklaringen van de aangever komen niet overeen en er zijn veel onduidelijkheden over de werkelijke gebeurtenissen. Het hof heeft daarom de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde oplichting.

Daarnaast heeft het hof de verdachte wel schuldig bevonden aan meerdere woninginbraken. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een groot aantal inbraken, waarbij hij zich toegang tot woningen heeft verschaft door middel van braak of verbreking. Bij enkele inbraken heeft hij geweld gebruikt of gedreigd geweld te gebruiken, wat heeft geleid tot gevoelens van angst en onveiligheid bij de bewoners. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden voor reclassering en behandeling van zijn gokverslaving. De vorderingen van benadeelde partijen zijn gedeeltelijk toegewezen, waarbij de verdachte aansprakelijk is gesteld voor materiële schade.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001265-17
datum uitspraak: 26 juni 2018
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 4 april 2017 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 15-800578-15 en 15-108993-15 en 15-810265-16 en 15-871117-16 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Ghana) op [geboortedatum] 1990,
thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Heerhugowaard, locatie Zuyder Bos, te Heerhugowaard.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

De verdachte is door rechtbank Noord-Holland vrijgesproken van hetgeen aan hem is tenlastegelegd onder de feiten 19 en 30. Het hoger beroep is door de verdachte onbeperkt ingesteld en is derhalve mede gericht tegen de in eerste aanleg gegeven beslissingen tot vrijspraak. Gelet op hetgeen is bepaald in artikel 404, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering staat voor de verdachte tegen deze beslissingen geen hoger beroep open. Het hof zal de verdachte mitsdien niet-ontvankelijk verklaren in het ingestelde hoger beroep, voor zover dat is gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep gegeven vrijspraken.

Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in hoger beroep

Het hoger beroep van het openbaar ministerie is, blijkens de appelschriftuur van het openbaar ministerie en de mededeling van de advocaat-generaal op de terechtzitting, niet gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep opgenomen beslissingen ten aanzien van het onder feit 19 en 30 tenlastegelegde. Gelet op hetgeen is bepaald in artikel 407 van het Wetboek van Strafvordering, zal het hof het openbaar ministerie in zoverre niet-ontvankelijk verklaren in zijn hoger beroep.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 12 juni 2018 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte en het openbaar ministerie hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsvrouw naar voren is gebracht.
Nummering van feiten
Gelet op het grote aantal feiten en gevoegde zaken, zal het hof – ten behoeve van de leesbaarheid – de nummering zoals deze gebruikt is in het vonnis van de rechtbank van 4 april 2017 aanhouden.

Tenlasteleggingen

Gelet op de in eerste aanleg door de rechtbank toegelaten aanpassingen omschrijving tenlastelegging en wijziging van de tenlastelegging is - voor zover thans nog inhoudelijk aan de orde - aan de verdachte tenlastegelegd dat:
Zaak met parketnummer
15-800578-15:
1:
hij op of omstreeks 13 december 2015 te Heerhugowaard ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/ uit een woning aan de Constatijn Huygenstraat weg te nemen geld en of goederen, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en/of die/ dat weg te nemen geld en/of goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, het raamboompje en/of een raam van die woning heeft geforceerd, althans heeft opengeschroefd/ opengebroken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misddrijf niet is voltooid;
2:
hij in of omstreeks de periode van 12 december 2015 tot en met 13 december 2015 te Heerhugowaard met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Stationsweg heeft weggenomen een of meer mobiele telefoon(s) en/of een een Samsung tablet en/of geld (ongeveer 20 euro)in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
3 :
hij op of omstreeks 17 oktober 2015 te Koog aan de Zaan, gemeente Zaanstad, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Leliestraat heeft weggenomen een Apple Ipad en/of een Samsung Tablet en/of een of meer e reader(s) en/of een of meer mobiele telefoon(s) en/of een toestenbord en/of een of meer notebook(s) en/of een MP3 speler en/of geldbedrag (ongeveer 470 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
4 :
hij in of omstreek de periode van 8 oktober 2015 tot en met 9 oktober 2015 te Wormerveer, gemeente Zaanstad, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Mei heeft weggenomen een (Acer) notebook en/of een geldbedrag (ongeveer 25 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
5 primair:
hij in of omstreeks de periode van 4 maart 2015 tot en met 5 maart 2015 te Heiloo met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een of meer fiets(en) (KTM Avenza Plus en/of Batavus Mambo), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
5 subsidiair:
hij in of omstreeks de periode van 4 maart 2015 tot en met 5 maart 2015 te Heiloo en/of Amsterdam, althans in Nederland een goed te weten een fiets (KTM Avnza Plus) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen,terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die fiets wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed betrof;
6 primair:
hij op of omstreeks de periode van 1 november 2015 tot en met 13 december 2015 te Haarlem en/of Heerhugowaard, althans Nederland, opzettelijk een Bankpas gesteld op naam van [slachtoffer 7] , in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan de die [slachtoffer 7] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte, en welk€ goed(eren) verdachte anders dan door misdrijf onder zich had, te weten als vinder, wederrechtelijk zich heeft/hebben toegeëigend
6 subsidiair:
hij op of omstreeks 13 december 2015 te Heerhugowaard, een goed te weten een bankpas (op naam van [slachtoffer 7] ) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die bankpas wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
7 primair:
hij op of omstreeks 02 oktober 2015 te Wormerveer, gemeente Zaanstad, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Wandelweg heeft weggenomen een of meer tablet(s) en/of een of meer mobiele telefoon(s) en/of een notebook, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 8] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
7 subsidiair:
hij op of omstreeks 02 oktober 2015 te Wormerveer, gemeente Zaanstad, een goed te weten een of meer mobiele telefoon(s) (Samsung Galaxy Note en Samsung Galaxy S3) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen,terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die mobiele telefoon(s) wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
8 primair:
hij in of omstreeks de periode van 27 juli 2015 tot en met 28 juli 2015 te Castricum met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Achterlaan heeft weggenomen een mobiele telefoon (Sony Experia) en/of een Apple Mac Book en/of een geldbedrag (ongeveer 10 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 9] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
8 subsidiair:
hij op of omstreeks 28 juli 2015 te Amsterdam, althans in Nederland, een goed te weten een mobiele telefoon (Samsung galaxy Note) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die mobiele telefoon wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
9 primair:
hij op of omstreeks 30 oktober 2015 te Santpoort-Zuid met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Van Dalenlaan heeft weggenomen een Notebook en/of een mobiele telefoon ( Samsung Galaxy S3) en/of een tablet (Samsung Galaxy Note) en/of een tas, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 10] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
9 subsidiair:
hij op of omstreeks 30 oktober 2015 te Amsterdam, althans in Nederland, een goed te weten een tablet (Samsung Galaxy Note 8.0) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen,terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die tablet wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
10 primair:
hij op of omstreeks 06 december 2015 te Koog aan de Zaan, gemeente Zaanstad, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Hyacinstraat heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung S6) en/of een of meer notebook(s) en/of een geldbedrag (ongeveer 300 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 11] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
10 subsidiair:
hij op of omstreeks 06 december 2015 te Amsterdam, althans in Nederland, een goed te weten een mobiele telefoon (Samsung S6) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die telefoon wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
11 primair:
hij in of omstreeks de periode van 30 april 2015 tot en met 1 mei 2015 te Castricum met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Geelvinckstraat heeft weggenomen een of meer fotocamera(s) en/of een of meer navigatiesyste(e)m(en) en/of een of meer computer(s) en/of een MP 3 speler en/of een Tablet en/of een mobiele telefoon (merk Blackberry Bold) en/of een kabel en/of een geldbedrag (ongeveer 70 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 12] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
11 subsidiair:
hij op of omstreeks 1 mei 2015 te Amsterdam, althans in Nederland, een goed te weten een fotocamera (Nikon Coolpix) en/of een navigatiesysteem (Tom Tom) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die camera en/of dat navigatiesysteem wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
12:
hij op of omstreeks 04 november 2015 te Heiloo met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de Kloosterhof heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung Galaxy) en/of een fiets (Gazelle Allure) en/of een of meer computer(s) en/of meer schoenen (Nike Air Max) en/of een hoofdtelefoon en/of een tas en/of een geldbedrag (ongeveer 150 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 13] in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
Zaak met parketnummer
15-810265-16(gevoegd):
13 (15-810265-16, feit 1):
hij op of omstreeks 24 september 2016 te Spaarndam gem. Haarlem, gemeente Haarlem, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit woning, gelegen aan de [adres 1] , aldaar weg te nemen geld en/of (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 14] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en/of die/dat weg te nemen geld en/of goed(eren) onder zijn bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, naar de achtertuin van die woning is gegaan en/of op een (tuin)tafel is gaan staan en/of - met een schroevendraaier, althans een daarop gelijkend voorwerp in een hand - een arm door een bovenraampje heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid, welke poging tot diefstal werd vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 15] en/of [slachtoffer 16] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of bedreiging hierin bestond, dat hij, verdachte, naar en/of in de richting van die [slachtoffer 15] en/of [slachtoffer 16] is gerend en/of - toen die [slachtoffer 15] en/of [slachtoffer 16] hem, verdachte, vastpakte(n) en/of wilde(n) vastpakken met een schroevendraaier, althans een daarop gelijkend voorwerp een of meerdere stekende beweging(en) heeft gemaakt naar die [slachtoffer 15] en/of [slachtoffer 16] en/of die [slachtoffer 15] (met kracht) op een oog, althans in het gezicht heeft geslagen en/of gestompt;
14 (15-810265-16, feit 2):
hij op of omstreeks 24 september 2016 te Santpoort-Noord, gemeente Velsen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning, gelegen aan de [adres 2] , aldaar, heeft weggenomen een of twee laptop(s) (merk Apple) en/of een Ipad (merk Apple) en/of een of twee oplader(s) en/of een (tablet)hoes met bijbehorend toetsenbord en/of (buitenlands) geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 17] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
15 (15-810265-16, feit 3):
hij op of omstreeks 23 september 2016 te Alphen aan den Rijn gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd,met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning, gelegen aan de [adres 3] , aldaar heeft weggenomen een of twee mobiele telefoon(s) (merk Microsoft en/of Nokia) en/of een tablet (merk Microsoft) en/of een tablethoes en/of een keyboard en/of een rugzak (merk Basic Logic) met inhoud en/of een computer (merk Asus) en/of een computermuis (merk Logitec) en/of 70 Euro, althans een hoeveelheid geld en/of een verloopstekker, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 18] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren)/geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
16 (15-810265-16, feit 4):
hij op of omstreeks 23 september 2016 te Alphen aan den Rijn, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning, gelegen aan de [adres 4] , aldaar heeft weggenomen een zonnebril (merk Ray Ban) en/of een of twee cadeaubon(nen) en/of een of twee laptop(s) (merk Toshiba en/of Compaq) en/of een of twee OV-kaart(en) en/of een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 19] en/of [slachtoffer 20] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
17 (15-810265-16, feit 5):
hij op een tijdstip in of omstreeks de periode van 23 september 2016 tot en met 25 september 2016 te Driehuis NH, gemeente Velsen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een damesfiets (merk BSP), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 21] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
Zaak met parketnummer
15-108993-15(gevoegd):
18 (15-108993-15, feit 1):
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 november 2013 tot en met 21 maart 2014 in de gemeente Castricum en/of elders in Nederland, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 22] heeft bewogen tot de afgifte van een bedrag aan geld groot ongeveer 148.000,--, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid aan [slachtoffer 22] voornoemd verteld dat hij het geld zou lenen en met rente terugbetalen en/of het geld zou vastzetten op een spaarrekening en/of dat het geld nodig was voor medicine en een prive-doker en/of dat zijn moeder kanker had en/of dat zijn moeder een operatie nodig had en/of voor de winkel van zijn moeder en/of voor de aankoop van een auto en/of voor de aankoop van een woning en/of voor het betalen van advocatenkosten, waardoor [slachtoffer 22] voornoemd werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
Zaak met parketnummer
15-871117-16(gevoegd):
20 (15-871117-16, feit 1):
hij op of omstreeks 24 augustus 2016 te Emmeloord, gemeente Noordoostpolder, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen in of uit een woning (gelegen aan de [adres 5] , aldaar) een laptop met voeding en/of een computermuis en/of een usb-stick en/of een mobiele telefoon (merk Samsung) met lader, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 23] en/of [slachtoffer 24] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 24] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, toen die [slachtoffer 24] hem, verdachte, op heterdaad had betrapt en/of had vastgepakt, (met kracht) met een zaklantaarn (Maglite) naar achteren heeft geslagen en/of die [slachtoffer 24] (daarbij) tegen een arm heeft geslagen en/of tegen die [slachtoffer 24] (meedere malen) heeft gezegd "I am a killer", althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking;
21 (15-871117-16, feit 2):
hij op of omstreeks 18 juni 2016 te Amersfoort, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen in of uit een woning (gelegen aan de [adres 6] , aldaar) geld en/of (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 25] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte naar die woning is gegaan en/of op een afvalcontainer is geklommen en/of (vervolgens) van het uitzetijzer van een bovenlicht de schroeven heeft verwijderd en/of via de aldus ontstane opening in die woning is geklommen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid, welke poging tot diefstal werd vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 25] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, toen die [slachtoffer 25] , hem, verdachte, op heterdaad betrapt had en/of had vastgepakt, (zich) (met kracht) heeft (los)getrokken en/of heeft (los)gerukt en/of een met zand gevulde glazen vast heeft gepakt en/of die vaas (vervolgens) (met kracht) op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 25] heeft stuk geslagen (waardoor die [slachtoffer 25] onder andere een bloedendehoofdwond opliep);
22 primair (15-871117-16, feit 3 primair):
hij op of omstreeks 09 mei 2016 te Bennebroek, gemeente Bloemendaal, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning (gelegen aan de [adres 7] , aldaar) heeft weggenomen een mobiele telefoon (merk Samsung) en/of een televisie (merk Sony) en/of 50 Euro, althans een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 26] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen geld en/of goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
22 subsidiair (15-871117-16, feit 3 subsidiair):
hij op of omstreeks 10 mei 2016 te Amsterdam een goed te weten een mobiele telefoon (merk Samsung) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkewijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
23
primair (15-871117-16, feit 4 primair):
hij op of omstreeks 31 mei 2016 te Zeist, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen in of uit een woning (gelegen aan de [adres 8] , aldaar) een of twee notebook(s) (merk Aspire en/of Dell) en/of een of twee mobiele telefoon(s) (merk Samsung en/of Sony) en/of een computermuis en/of een rijbewijs, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 27] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
23 subsidiair (15-871117-16, feit 4 subsidiair):
hij op of omstreeks 31 mei 2016 te Amsterdam, een goed te weten een mobiele telefoon (merk Sony) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
24 (15-871117-16, feit 5):
hij op of omstreeks 31 mei 2016 te Zeist met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning (gelegen aan de [adres 9] , aldaar) heeft weggenomen drie, althans een of meerdere laptop(s) en/of een of twee Ipad(s) (merk Apple) en/of een videocamera en/of een of twee mobiele telefoon(s), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 28] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
25 (15-871117-16, feit 6):
hij op of omstreeks 31 mei 2016 te Zeist met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning (gelegen aan de [adres 8] , aldaar) heeft weggenomen een of twee laptop(s) (merk Dell en/of HP) en/of een of twee Ipad(s) (merk Apple) met hoes en/of een of twee mobiele telefoon(s) (merk Samsung en/of Apple) en/of een zonnebril (merk Ray-Ban) en/of een rugtas (merk Herschell) en/of vijftig Euro, althans een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 29] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen geld en/of goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
26 (15-871117-16, feit 7):
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 29 juni 2016 tot en met 09 juli 2016 te Amsterdam, een goed te weten een mobiele telefoon (merk Samsung) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
27 (15-871117-16, feit 8):
hij op of omstreeks 01 juli 2016 te Nieuw-Vennep, gemeente Haarlemmermeer, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning, (gelegen aan de [adres 10] , aldaar) heeft weggenomen een spaarpot en/of een fotocamera (merk Samsung) en/of een SD-card (merk Lexar) en/of een notebook (merk Compaq), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 30] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
28 (15-871117-16, feit 9):
hij op of omstreeks 01 juli 2016 te Nieuw-Vennep, gemeente Haarlemmermeer, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning (gelegen aan [adres 11] , aldaar) heeft weggenomen een hoeveelheid geld en/of een laptop (merk Acer), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 31] en/of [slachtoffer 32] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen geld en/of goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbrekingen/of inklimming;
29 (15-871117-16, feit 10)
hij op of omstreeks 29 juli 2016 te Amsterdam en/of Duivendrecht en/of Diemen, een goed te weten een mobiele telefoon (merk Motorola) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
31 (15-871117-16, feit 12):
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 21 augustus 2016 tot en met 25 augustus 2016 te Amsterdam en/of Diemen en/of Velserbroek en/of Emmeloord, een goed te weten een mobiele telefoon (merk Samsung) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Het hof leest het onder 25 (15-871117-16, feit 6) tenlastegelegde ‘een woning (gelegen aan de [adres 8] )’ als ‘een woning (gelegen aan de [adres 12] )’, gelet op het feit dat hier sprake is van een kennelijke misslag. Zowel aangever in zijn aangifte als de verbalisant [verbalisant 1] in zijn proces-verbaal van bevindingen en verbalisant [verbalisant 2] in zijn proces-verbaal sporenonderzoek relateren over [adres 12] , niet over [adres 8] . Door verbetering van deze misslag wordt de verdachte niet in de verdediging geschaad.
Voor zover in de tenlastelegging overige taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor evenmin in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot andere beslissingen komt dan de rechtbank.

Vrijspraken

De inbraken tenlastegelegd onder 7 primair, 8 primair, 9 primair en 11 primair (15/800578-15, feiten 7, 8, 9 en 11)
Uit het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is gebleken dat de verdachte diverse goederen, zoals mobiele telefoons, heeft verkocht bij twee winkels, namelijk [bedrijf 1] en [bedrijf 2] . Uit aangiften blijkt dat deze telefoons kort daarvoor waren gestolen bij woninginbraken. Het hof spreekt de verdachte evenwel vrij van deze inbraken, nu voor betrokkenheid van de verdachte bij de inbraken onvoldoende bewijs voorhanden is.
De heling tenlastegelegd onder 7 subsidiair (15/800578-15, feit 7)
Ten aanzien van het onder 7 subsidiair tenlastegelegde spreekt het hof de verdachte eveneens vrij, nu uit de bewijsmiddelen uit het dossier niet blijkt dat de verdachte – zoals aan hem tenlastegelegd is – de mobiele telefoon voorhanden heeft gehad te Wormerveer, gemeente Zaanstad.
Oplichting van [slachtoffer 22] , feit 18 (15/108993-15, feit 1)
Vast is komen te staan dat de verdachte – zoals hij ook heeft bevestigd – diverse geldbedragen van [slachtoffer 22] heeft ontvangen. Ter terechtzitting in hoger beroep is voorts gebleken dat de verdachte en [slachtoffer 22] een gecompliceerde relatie/verhouding hadden, welke een rol speelt bij de vraag of in deze sprake is van de tenlastegelegde oplichting.
Het dossier bevat twee verschillende aangiften van [slachtoffer 22] , namelijk van 4 februari 2014 [1] en 21 maart 2014 [2] en een verhoor aangever van 22 april 2014 [3] . Delen van de aangiften komen woordelijk overeen. In de aangiften is opgenomen dat [slachtoffer 22] slechthorend is, moeilijk verstaanbaar en zwakbegaafd. In de aangifte van februari 2014 is niets opgenomen over de omstandigheden waaronder de verklaring van de aangever is afgelegd. Ook de wijze van totstandkoming van de tweede aangifte op 21 maart 2014 is niet toegelicht. Het is niet mogelijk dat de aangever zelfstandig bij de politie deze verklaringen heeft afgelegd. Het hof heeft ter terechtzitting – waar de aangever was verschenen om zijn vordering als benadeelde partij toe te lichten – namelijk waargenomen dat de aangever niet slechts slechthorend is, maar vrijwel doof, en daarnaast niet gewoon kan spreken. Blijkens het proces-verbaal van verhoor van 22 april 2014 is bij de derde verklaring van de aangever een tolk aanwezig geweest. Het ontbreken van een (doven)tolk bij de eerste twee contacten met de politie roept vragen op. Wellicht kan de totstandkoming van de verklaring van 21 maart 2014 verklaard worden door de aanwezigheid van de partner van [slachtoffer 22] bij dit contact.
De drie verklaringen komen inhoudelijk niet overeen: waar is weergegeven dat de aangever in februari en maart 2014 spreekt over het geven van geld ‘omdat hij zich geïntimideerd voelde’, zegt de aangever in de verklaring van maart 2014 ook dat er sprake was van een relatie. [slachtoffer 22] verklaart voorts enerzijds dat hij niet wilde dat de verdachte bij hem thuis kwam en anderzijds dat hij de verdachte een sleutel van de voordeur had gegeven omdat hij (aangever) de bel niet kon horen.
Hoewel het hof niet twijfelt aan de oprechtheid van [slachtoffer 22] , is naar het oordeel van het hof gebleken dat sprake is van een complexe situatie tussen de verdachte en de aangever. Mede gelet op de omstandigheid dat de aangever vrijwel doof is, en zeer moeilijk is te verstaan, is de wijze waarop de aangiften tot stand zijn gekomen bovendien problematisch, waardoor onduidelijkheden over het werkelijk tussen de aangever en de verdachte voorgevallene zijn ontstaan. Die onduidelijkheden zijn met het verhandelde ter terechtzitting niet weggenomen. Zo heeft de verdachte aangegeven dat een deel van het aan hem gegeven geld betrekking had op het verlenen van diensten van seksuele aard en herhaald dat een (ander) deel van de bedragen leningen zou betreffen.
Er zijn bij de politie diverse briefjes die betrekking hebben op geldbedragen overgelegd; deze bevinden zich in het dossier, evenals overgelegde rekeningafschriften. Deze briefjes leiden evenmin tot meer duidelijkheid, nu uit deze briefjes niet blijkt in welke periode deze precies zijn opgemaakt en het hof vaststelt dat uit het dossier blijkt dat de verdachte niet bij/voor ieder briefje geld heeft gekregen.
Het hof concludeert op grond van het bovenstaande dat het niet mogelijk is vast te stellen op welke grond(en) de aangever in de tenlastegelegde periode van bijna vijf maanden (steeds) geld heeft gegeven aan de verdachte. Evenmin is het mogelijk om (mede gelet op de tekst van de tenlastelegging, waar slechts vermeld staat ‘afgifte van een bedrag aan geld groot ongeveer 148.000,-’) vast te stellen dat de aangever door een samenweefsel van verdichtsels is bewogen dit geldbedrag af te geven.
Het hof is derhalve van oordeel dat oplichting zoals tenlastegelegd niet kan worden bewezenverklaard, en zal de verdachte hiervan vrijspreken.
De inbraken in Nieuw-Vennep, feiten 27 en 28 (15/871117-16, feiten 8 en 9)
Uit het dossier blijkt dat op 1 juli 2016 in twee (hoek)woningen in Nieuw-Vennep is ingebroken. De dader heeft hierbij het bovenlicht losgeschroefd. De telefoon die bij de verdachte in gebruik was, is op 1 juli 2016 gepeild in Nieuw-Vennep. Hoewel de verdachte zich op de datum van de woninginbraken in de buurt bevond en bij deze woninginbraken sprake is van een vergelijkbare werkwijze als door de verdachte meermalen is gehanteerd, is naar het oordeel van het hof – zonder concreet bewijsmiddel dat de verdachte linkt aan de plaats delict of aan de gestolen goederen – niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte onder feit 27 en 28 ten laste is gelegd, zodat de verdachte hiervan dient te worden vrijgesproken.

Overwegingen

Voorwaardelijk verzoek: horen getuigen [getuige 1] en [getuige 2] (feit 20 (15/108993-15, feit 1))
Het door de raadsvrouw voorwaardelijk gedane verzoek tot het horen van [getuige 1] en [getuige 2] als getuigen is eerst ter terechtzitting in hoger beroep gedaan zodat dit verzoek wordt beoordeeld aan de hand van het noodzakelijkheidscriterium. Het verzoek wordt afgewezen, nu het hof de verklaring van [getuige 1] niet zal bezigen tot het bewijs en [getuige 2] geen belastende verklaring heeft afgelegd. Het horen van deze getuigen is naar het oordeel van het hof dan ook niet noodzakelijk.
Voorwaardelijk verzoek: nader onderzoek naar / printlijsten van de telefoonnummers die in gebruik waren bij verdachte (feiten 22 t/m 31 (15/108993, feiten 3 t/m 12))
Ter terechtzitting in hoger beroep is door de verdediging voor het eerst het verweer gevoerd dat de verdachte weliswaar gebruik heeft gemaakt van de telefoons, maar dat het ook zo kan zijn dat andere mensen – bij wie hij toen woonde – de telefoons eveneens hebben gebruikt en de simkaarten in de telefoons hebben gedaan. Eerder heeft de verdachte verklaard dat de telefoonnummers niet aan hem konden worden gekoppeld. Nu de stelling van de verdachte dat ook anderen gebruik zouden kunnen hebben gemaakt van de telefoons en simkaarten niet feitelijk aannemelijk is geworden, schuift het hof deze verklaring als ongeloofwaardig terzijde. Het verzoek tot nader onderzoek wordt derhalve afgewezen.
Feit 23, 24 en 25 (15/871117-16, feiten 4, 5 en 6)
Op 31 mei 2016 heeft in de nacht in drie woningen in Zeist een woningbraak plaatsgevonden. Het hof acht de inbraak van het feit tenlastegelegd onder 23 wettig en overtuigend bewezen, nu een simkaart die bij verdachte in gebruik was, is gebruikt in de mobiele telefoon die is gestolen bij de inbraak in de woning van feit 23, er een vergelijkbare modus operandi bij de inbraken is gebruikt als bij de inbraken zoals bewezenverklaard onder (onder meer) de feiten 1 tot en met 4 (
15/800578-15, feiten 1 t/m 4), en de telefoon die in gebruik was bij de verdachte die nacht is uitgepeild in Zeist (een plaats waar de verdachte niet woonde). Hoewel van de feiten 24 en 25 geen goederen bij de verdachte zijn aangetroffen en enkel de modus operandi vergelijkbaar is met de werkwijze van de verdachte en zijn telefoon in Zeist is gepeild, acht het hof de betrokkenheid van de verdachte bij deze inbraken – gezien in verband met de bewezenverklaarde inbraak van feit 23 (eveneens in Zeist) – ook wettig en overtuigend bewezen. Deze drie inbraken hebben allen in dezelfde nacht plaatsgevonden en de woningen van feit 24 en 25 liggen bij elkaar in de buurt, en in de buurt bij de woning van feit 23.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6 primair, 8 subsidiair, 9 subsidiair, 10 primair, 11 subsidiair, 12 (15-800578-15), 13, 14, 15, 16, 17 (15-810265-16), 20, 21, 22 primair, 23 primair, 24, 25, 26, 29 en 31 (15-871117-16) tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Zaak met parketnummer 15-800578-15:
1:
hij op 13 december 2015 te Heerhugowaard ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de Constantijn Huygenstraat weg te nemen geld en of goederen, toebehorende aan [slachtoffer 1] , en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en dat weg te nemen geld en die goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak of verbreking, het raamboompje heeft opengeschroefd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2:
hij in de periode van 12 december 2015 tot en met 13 december 2015 te Heerhugowaard met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de Stationsweg heeft weggenomen een of meer mobiele telefoons en een Samsung tablet en geld (ongeveer 20 euro) toebehorende aan [slachtoffer 2] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen en dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
3:
hij op 17 oktober 2015 te Koog aan de Zaan, gemeente Zaanstad, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de Leliestraat heeft weggenomen een Apple Ipad en een Samsung Tablet en e-readers en mobiele telefoons en een toetsenbord en notebooks en een MP3 speler en een geldbedrag (ongeveer 470 euro), toebehorende aan [slachtoffer 3] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen en geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
4:
hij omstreeks 9 oktober 2015 te Wormerveer, gemeente Zaanstad, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de Mei heeft weggenomen een Acer notebook en een geldbedrag (ongeveer 25 euro), toebehorende aan [slachtoffer 4] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en dat weg te nemen goed en geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
5 primair:
hij in de periode van 4 maart 2015 tot en met 5 maart 2015 te Heiloo met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fiets (KTM Avenza Plus) toebehorende aan [slachtoffer 5] ;
6 primair:
hij in de periode van 1 november 2015 tot en met 13 december 2015 in Nederland, opzettelijk een Bankpas gesteld op naam van [slachtoffer 7] , toebehorende aan die [slachtoffer 7] , en welk goed verdachte anders dan door misdrijf onder zich had, te weten als vinder, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
8 subsidiair:
hij op of omstreeks 28 juli 2015 te Amsterdam, althans in Nederland, een goed te weten een mobiele telefoon voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die mobiele telefoon wist, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
9 subsidiair:
hij op 30 oktober 2015 te Amsterdam, een goed te weten een tablet (Samsung Galaxy Note 8.0) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die tablet wist, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
10 primair:
hij op 06 december 2015 te Koog aan de Zaan, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de Hyacinstraat heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung S6) en notebooks en een geldbedrag, toebehorende aan [slachtoffer 11] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen en geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
11 subsidiair:
hij op 1 mei 2015 te Amsterdam, een goed te weten een fotocamera (Nikon Coolpix) en een navigatiesysteem (Tom Tom) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die camera en dat navigatiesysteem wist, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
12:
hij op 04 november 2015 te Heiloo met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de Kloosterhof heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung Galaxy) en een fiets (Gazelle Allure) en een of meer computer(s) en meer schoenen (Nike Air Max) en een hoofdtelefoon en een tas en een geldbedrag (ongeveer 150 euro), toebehorende aan [slachtoffer 13] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen en geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
Zaak met parketnummer 15-810265-16 (gevoegd):
13 (15-810265-16, feit 1):
hij op of omstreeks 24 september 2016 te Spaarndam gemeente Haarlem, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit woning, gelegen aan de [adres 1] , aldaar weg te nemen geld en/of (een) goed(eren), toebehorende aan [slachtoffer 14] , en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en die weg te nemen geld en/of goed(eren) onder zijn bereik te brengen door middel van braak of verbreking, naar de achtertuin van die woning is gegaan en op een (tuin)tafel is gaan staan en - met een schroevendraaier in een hand - een arm door een bovenraampje heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid, welke poging tot diefstal werd gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 15] en [slachtoffer 16] , gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en bedreiging hierin bestond, dat hij, verdachte, in de richting van die [slachtoffer 15] en [slachtoffer 16] is gerend en - toen die [slachtoffer 15] hem, verdachte, vastpakte met een schroevendraaier, meerdere stekende bewegingen heeft gemaakt naar die [slachtoffer 15] en [slachtoffer 16] en die [slachtoffer 15] met kracht in het gezicht heeft geslagen;
14 (15-810265-16, feit 2):
hij op omstreeks 24 september 2016 te Santpoort-Noord, gemeente Velsen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan de [adres 2] , aldaar, heeft weggenomen twee laptops (merk Apple) en/of een Ipad (merk Apple) en twee opladers en een (tablet)hoes met bijbehorend toetsenbord en (buitenlands) geld, toebehorende aan [slachtoffer 17] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
15 (15-810265-16, feit 3):
hij op 23 september 2016 te Alphen aan den Rijn gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan de [adres 3] , aldaar heeft weggenomen twee mobiele telefoons (merk Microsoft en Nokia) en een tablet (merk Microsoft) en een tablethoes en een keyboard en een rugzak (merk Basic Logic) met inhoud en een computer (merk Asus) en een computermuis (merk Logitec) en 70 Euro, en een verloopstekker, toebehorende aan [slachtoffer 18] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederengeld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
16 (15-810265-16, feit 4):
hij op 23 september 2016 te Alphen aan den Rijn, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan de [adres 4] , aldaar heeft weggenomen een zonnebril (merk Ray Ban) en een of twee cadeaubonnen en twee laptops (merk Toshiba en/of Compaq) en twee OV-kaarten en een hoeveelheid geld, toebehorende aan [slachtoffer 19] en/of [slachtoffer 20] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen en geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
17 (15-810265-16, feit 5):
hij in de periode van 23 september 2016 tot en met 25 september 2016 te Driehuis NH, gemeente Velsen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een damesfiets (merk BSP), toebehorende aan [slachtoffer 21] ;
Zaak met parketnummer 15-871117-16 (gevoegd):
20 (15-871117-16, feit 1):
hij op 24 augustus 2016 te Emmeloord, gemeente Noordoostpolder, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een woning (gelegen aan de [adres 5] , aldaar) een laptop met voeding en een computermuis en een usb-stick en een mobiele telefoon (merk Samsung) met lader, toebehorende aan [slachtoffer 23] en/of [slachtoffer 24] , welke diefstal werd gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 24] , gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, toen die [slachtoffer 24] hem, verdachte, op heterdaad had betrapt en had vastgepakt, (met kracht) met een zaklantaarn (Maglite) naar achteren heeft geslagen en die [slachtoffer 24] daarbij tegen een arm heeft geslagen en tegen die [slachtoffer 24] (meerdere malen) heeft gezegd "I am a killer";
21 (15-871117-16, feit 2):
hij op 18 juni 2016 te Amersfoort, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen uit een woning (gelegen aan de [adres 6] , aldaar) geld en(een) goed(eren), toebehorende aan [slachtoffer 25] , naar die woning is gegaan en op een afvalcontainer is geklommen en(vervolgens) van het uitzetijzer van een bovenlicht de schroeven heeft verwijderd en via de aldus ontstane opening in die woning is geklommen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid, welke poging tot diefstal werd gevolgd van geweld tegen die [slachtoffer 25] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld hierin bestond dat hij, verdachte, toen die [slachtoffer 25] , hem, verdachte, op heterdaad betrapt had en had vastgepakt, zich met kracht heeft losgetrokken en een met zand gevulde glazen vast heeft gepakt en die vaas vervolgens met kracht tegen het hoofd van die [slachtoffer 25] heeft stuk geslagen waardoor die [slachtoffer 25] onder andere een bloedende hoofdwond opliep;
22 primair (15-871117-16, feit 3 primair):
hij op 09 mei 2016 te Bennebroek, gemeente Bloemendaal, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning (gelegen aan de [adres 7] , aldaar) heeft weggenomen een mobiele telefoon (merk Samsung) en een televisie (merk Sony) en 50 Euro, toebehorende aan [slachtoffer 26] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die/dat weg te nemen geld en goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
23
primair (15-871117-16, feit 4 primair):
hij op of omstreeks 31 mei 2016 te Zeist, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een woning (gelegen aan de [adres 8] , aldaar) twee notebooks (merk Aspire en/of Dell) en twee mobiele telefoons (merk Samsung en Sony) en een computermuis en een rijbewijs, toebehorende aan [slachtoffer 27] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
24 (15-871117-16, feit 5):
hij op of omstreeks 31 mei 2016 te Zeist met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een woning (gelegen aan de [adres 9] , aldaar) heeft weggenomen drielaptops en twee Ipads (merk Apple) en een videocamera en een of twee mobiele telefoons, toebehorende aan [slachtoffer 28] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
25 (15-871117-16, feit 6):
hij op of omstreeks 31 mei 2016 te Zeist met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning (gelegen aan de [adres 12] , aldaar) heeft weggenomen twee laptops (merk Dell en HP) en twee Ipad(s) (merk Apple) met hoes en twee mobiele telefoons (merk Samsung en Apple) en een zonnebril (merk Ray-Ban) en een rugtas (merk Herschell) en vijftig Euro, toebehorende aan [slachtoffer 29] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen geld en goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
26 (15-871117-16, feit 7):
hij in de periode van 29 juni 2016 tot en met 09 juli 2016 te Amsterdam, een goed te weten een mobiele telefoon (merk Samsung), voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van dit goed wist, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
29 (15-871117-16, feit 10)
hij op 29 juli 2016 te Amsterdam, een goed te weten een mobiele telefoon (merk Motorola) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van dit goed wist, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
31 (15-871117-16, feit 12):
hij in de periode van 21 augustus 2016 tot en met 25 augustus 2016 te Amsterdam, een goed te weten een mobiele telefoon (merk Samsung) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van dit goed wist, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Hetgeen onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6 primair, 8 subsidiair, 9 subsidiair, 10 primair, 11 subsidiair, 12 (15‑800578-15), 13, 14, 15, 16, 17 (15-810265-16), 20, 21, 22 primair, 23 primair, 24, 25, 26, 29 en 31 (15-871117-16) meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6 primair, 8 subsidiair, 9 subsidiair, 10 primair, 11 subsidiair, 12 (15-800578-15), 13, 14, 15, 16, 17 (15‑810265-16), 20, 21, 22 primair, 23 primair, 24, 25, 26, 29 en 31 (15-871117-16) bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Parketnummer 15-800578-15
1 (15-800578-15, feit 1)

poging tot diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

2 (15-800578-15, feit 2)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

3 (15-800578-15, feit 3)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

4 (15-800578-15, feit 4)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

5 (15-800578-15, feit 5)

diefstal.

6 (15-800578-15, feit 6)

verduistering.

8 subsidiair (15-800578-15, feit 8 subsidiair)

opzetheling.

9 subsidiair (15-800578-15, feit 9 subsidiair)

opzetheling.

10 (15-800578-15, feit 10)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

11 subsidiair (15-800578-15, feit 11 subsidiair)

opzetheling.

12 (15-800578-15, feit 12)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

Parketnummer 15-810265-16
13 (15-810265-16, feit 1)

poging tot diefstal, vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heter daad, aan zichzelf of andere deelnemers van het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.

14 (15-810265-16, feit 2)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

15 (15-810265-16, feit 3)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

16 (15-810265-16, feit 4)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

17 (15-810265-16, feit 5)

diefstal.

Parketnummer 15-871117-16
20 (15-871117-16, feit 1)

diefstal, vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heter daad, aan zichzelf of andere deelnemers van het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heft verschaft en het weg te nemen goed onder zich heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

21 (15-871117-16, feit 2)

diefstal, vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heter daad, aan zichzelf of andere deelnemers van het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heft verschaft en het weg te nemen goed onder zich heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

22 primair (15-871117-16, feit 3 primair)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

23 primair (15-871117-16, feit 4 primair)

diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

24 (15-871117-16, feit 5)

diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

25 (15-871117-16, feit 6)

diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning door iemand die zich aldaar tegen de wil van de rechthebbende bevindt, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking.

26 (15-871117-16, feit 7)

opzetheling.

29 (15-871117-16, feit 10)

opzetheling.

31 (15-871117-16, feit 12)

opzetheling.

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6 primair, 8 subsidiair, 9 subsidiair, 10 primair, 11 subsidiair, 12 (15‑800578-15), 13, 14, 15, 16, 17 (15-810265-16), 20, 21, 22 primair, 23 primair, 24, 25, 26, 29 en 31 (15-871117-16) bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Oplegging van straf

De rechtbank Noord-Holland heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, met aftrek van voorarrest, waarvan
één jaar voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren en met oplegging van bijzondere voorwaarden.
De advocaat-generaal heeft - ondanks het door de officier van justitie ingestelde strafmaatappel - gevorderd dat de verdachte voor het tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot eenzelfde straf als door de rechtbank is opgelegd.
De raadsvrouw van de verdachte heeft verzocht geen langere (onvoorwaardelijke) gevangenisstraf dan de duur van het voorarrest op te leggen. Voorts heeft zij aangevoerd dat een voorwaardelijk strafdeel wenselijk is, zodat aan de verdachte bijzondere voorwaarden (zoals opgenomen in het vonnis) opgelegd kunnen worden.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Daarbij is vanzelfsprekend van belang dat het hof, anders dan de rechtbank, de verdachte van de tenlastegelegde oplichting zal vrijspreken.
Het hof heeft in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een groot aantal woninginbraken. Een groot deel van deze inbraken vond plaats gedurende de voor nachtrust bestemde tijd. Bij een aantal van deze inbraken hebben de bewoners de verdachte aangetroffen en heeft de verdachte geweld gebruikt of gedreigd geweld te gebruiken. De bewoners zijn daar heel erg van geschrokken. De woning is bij uitstek een plek waar men zich veilig moet kunnen voelen en de verdachte heeft met zijn handelen inbreuk daarop gemaakt. Een inbraak in de woning kan - ook zonder geweld - gevoelens van angst en onveiligheid bij de bewoners en bij de samenleving in het algemeen veroorzaken en brengt daarnaast ook materiële schade en overlast met zich. De verdachte heeft enkel oog gehad voor het financiële gewin dat hij bij de woninginbraak zou hebben.
De verdachte heeft zich voorts schuldig gemaakt aan de diefstal van een aantal fietsen. Verdachte heeft zich bij zijn handelen wederom enkel laten leiden door zijn eigen geldelijk gewin. Diefstallen zijn zeer ergerlijke feiten, die naast financiële schade veel hinder veroorzaken voor de gedupeerden. Voorts heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan onder meer het voorhanden hebben en verkopen van gestolen mobiele telefoons en tablets. De verdachte heeft hiermee inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van het slachtoffer.
Gelet op het grote aantal feiten doet naar het oordeel van het hof, anders dan door de raadsvrouw bepleit, een onvoorwaardelijk strafdeel gelijk aan de duur van het voorarrest geen recht aan de veelheid van feiten.
In het voordeel van de verdachte weegt het hof het volgende mee. Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de verdachte laten zien dat hij het laakbare van zijn handelen in ziet en dat hij bezig is met zijn leven op de rit te krijgen. De verdachte ziet in dat hij hulp nodig heeft en lijkt gemotiveerd te zijn om mee te werken aan de begeleiding. Deze indrukken worden door de rapportages van de reclassering ondersteund.
Gelet op de rapportages zal het hof ook een voorwaardelijk strafdeel opleggen, waarbij bijzondere voorwaarden zullen worden gesteld. Het hof acht, alles afwegende, een (deels voorwaardelijke) gevangenisstraf passend en geboden.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 11]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 330,00 aan immateriële schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 250,00. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Ten aanzien van de vordering tot vergoeding van immateriële schade overweegt het hof als volgt. Indien van fysiek letsel geen sprake is, dient te worden bezien of sprake is van aantasting in de eer of goede naam of aantasting van de persoon op andere wijze in de zin van artikel 6:106 lid 1 onder b van het Burgerlijk Wetboek. Voor de toewijsbaarheid van een vordering gebaseerd op de aantasting van de persoon op andere wijze is volgens de Hoge Raad het uitgangspunt dat de benadeelde geestelijk letsel heeft opgelopen (HR 29 juni 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW1519). Een ‘enkel psychisch onbehagen’ of een zich gekwetst voelen is niet genoeg. Immateriële schadevergoeding komt enkel voor vergoeding in aanmerking indien de benadeelde voldoende concrete gegevens heeft aangevoerd waaruit kan volgen dat in verband met de omstandigheden van het geval een psychische beschadiging is ontstaan waartoe nodig is dat naar objectieve maatstaven het bestaan van geestelijk letsel is of had kunnen zijn vastgesteld.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gesteld noch gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 10 primair (15-800578-15, feit 10 primair) bewezen verklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade, in de zin van psychische schade, heeft geleden. De verdachte is niet tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden afgewezen.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 34]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 1.100,75. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 500,00. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het in de zaak met parketnummer 15-800578-15 onder 12 bewezen verklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot € 439,72. De verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen.
Voor het overige, de opgevoerde vervangingsschade ter hoogte van € 661,03, is het hof van oordeel dat deze niet voor vergoeding in aanmerking komt, aangezien deze schade geen verband houdt met het vermogensverlies van de benadeelde partij. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Om te bevorderen dat de schade door de verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 35]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 1.228,35, bestaande uit € 728,35 materiele schade en € 500,00 immateriële schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 500,00. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Ten aanzien van de vordering tot vergoeding van immateriële schade overweegt het hof als volgt. Indien van fysiek letsel geen sprake is, dient te worden bezien of sprake is van aantasting in de eer of goede naam of aantasting van de persoon op andere wijze in de zin van artikel 6:106 lid 1 onder b van het Burgerlijk Wetboek. Voor de toewijsbaarheid van een vordering gebaseerd op de aantasting van de persoon op andere wijze is volgens de Hoge Raad het uitgangspunt dat de benadeelde geestelijk letsel heeft opgelopen (HR 29 juni 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW1519). Een ‘enkel psychisch onbehagen’ of een zich gekwetst voelen is niet genoeg. Immateriële schadevergoeding komt enkel voor vergoeding in aanmerking indien de benadeelde voldoende concrete gegevens heeft aangevoerd waaruit kan volgen dat in verband met de omstandigheden van het geval een psychische beschadiging is ontstaan waartoe nodig is dat naar objectieve maatstaven het bestaan van geestelijk letsel is of had kunnen zijn vastgesteld.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gesteld noch gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 12 (15-800578-15, feit 12) bewezen verklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade, in de zin van psychische schade, heeft geleden. De verdachte is niet tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden afgewezen.
Voor het overige, de opgevoerde materiele schade ter hoogte van € 728,35, is het hof van oordeel dat deze niet voor vergoeding in aanmerking komt, aangezien deze schade reeds door de verzekering is vergoed op basis van restwaarde. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 22]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 139.000,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 106.000,00. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Nu de verdachte van het onder feit 18 (15-108993-15, feit 1) tenlastegelegde wordt vrijgesproken, dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering. De benadeelde partij kan daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering eventueel bij de burgerlijke rechter aanbrengen.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 15]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 165,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het in de zaak met parketnummer 15-810265-16 onder 1 bewezen verklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. De verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door de verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 36]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze gestelde schade bestaat uit € 882,32 aan materiële schade en € 2.500,00 immateriële schade. Van de schade bleek reeds € 945,00 te zijn vergoed door de verzekering. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 1.382,32, bestaande uit € 882,32 materiële schade en € 500,00 immateriële schade. Voorts is door de benadeelde partij om vergoeding van proceskosten, ter hoogte van € 150,00, verzocht, hetgeen door de rechtbank is toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Ten aanzien van de vordering tot vergoeding van immateriële schade overweegt het hof als volgt. Indien van fysiek letsel geen sprake is, dient te worden bezien of sprake is van aantasting in de eer of goede naam of aantasting van de persoon op andere wijze in de zin van artikel 6:106 lid 1 onder b van het Burgerlijk Wetboek. Voor de toewijsbaarheid van een vordering gebaseerd op de aantasting van de persoon op andere wijze is volgens de Hoge Raad het uitgangspunt dat de benadeelde geestelijk letsel heeft opgelopen (HR 29 juni 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW1519). Een ‘enkel psychisch onbehagen’ of een zich gekwetst voelen is niet genoeg. Immateriële schadevergoeding komt enkel voor vergoeding in aanmerking indien de benadeelde voldoende concrete gegevens heeft aangevoerd waaruit kan volgen dat in verband met de omstandigheden van het geval een psychische beschadiging is ontstaan waartoe nodig is dat naar objectieve maatstaven het bestaan van geestelijk letsel is of had kunnen zijn vastgesteld.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gesteld noch gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 16 (15-810265-16, feit 4 ) bewezen verklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade, in de zin van psychische schade, heeft geleden. De verdachte is niet tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden afgewezen.
Voor het overige is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert, aangezien de vordering onvoldoende is onderbouwd. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 45, 57, 63, 310, 311, 312, 321 en 416 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte en de officier van justitie niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-108993-15 onder 2 en in de zaak met parketnummer 15-871117-16 onder 11 ten laste gelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 15-800578-15 onder 7 primair en subsidiair, 8 primair, 9 primair en 11 primair en in de zaak met parketnummer 15-108993-15 onder 1 en in de zaak met parketnummer 15-871117-16 onder 8 en 9 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 15‑800578-15 onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6, 8 subsidiair, 9 subsidiair, 10 primair, 11 subsidiair en 12 en in de zaak met parketnummer 15-810265-16 onder 1, 2, 3, 4 en 5 en in de zaak met parketnummer 15‑871117-16 onder 1, 2, 3 primair, 4 primair, 5, 6, 7, 10 en 12 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaak met parketnummer 15-800578-15 onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6, 8 subsidiair, 9 subsidiair, 10 primair, 11 subsidiair en 12 en in de zaak met parketnummer 15-810265-16 onder 1, 2, 3, 4 en 5 en in de zaak met parketnummer 15-871117-16 onder 1, 2, 3 primair, 4 primair, 5, 6, 7, 10 en 12 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
12 (twaalf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn/haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
Stelt als bijzondere voorwaarde dat de veroordeelde:
- zich binnen 5 dagen na het einde van zijn detentie zal melden bij Leger des heils, afdeling reclassering, te Amsterdam op het adres [adres 13] te Amsterdam en dat hij zich gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaren zal blijven melden, zolang en zo frequent de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zich gedurende de proeftijd onder behandeling zal stellen bij de forensische polikliniek De Waag of een soortgelijke instelling ter behandeling van zijn gokverslaving en dat hij zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van de behandeling door of namens de instelling zullen worden gegeven;
- zich gedurende de proeftijd zal meewerken aan (een) intakegesprek(ken) en, indien geschikt geacht bevonden, in een instelling voor begeleid wonen dan wel maatschappelijke opvang, zulks ter beoordeling van de reclassering, zal verblijven en zich zal houden aan het (dag-)programma dat deze voorziening in overleg met de reclassering heeft opgesteld, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zich gedurende de proeftijd zal meewerken aan (een) intakegesprek(ken) voor ambulante praktische begeleiding bij Jan Arends of soortgelijke instelling indien de reclassering dit noodzakelijk acht en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
Geeft opdracht aan de reclassering tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarde(n) en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden (artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht).
Geeft opdracht aan de Reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarde(n) en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 11]
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 11] tot schadevergoeding af.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 34]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 13] ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-800578-15 onder 12 bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 439,72 (vierhonderdnegenendertig euro en tweeënzeventig cent) ter zake van materiële schade.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 13] , ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-800578-15 onder 12 bewezen verklaarde een bedrag te betalen van
€ 439,72 (vierhonderdnegenendertig euro en tweeënzeventig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
8 (acht) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 35]
Wijst de vordering van de benadeelde partij tot schadevergoeding voor een bedrag van
€ 500,00 (vijfhonderd euro) aan immateriële schadeaf.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 22]
Verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 22] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding en bepaalt dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 15]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 15] ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-810265-16 onder 1 bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 165,00 (honderdvijfenzestig euro) ter zake van materiële schade.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 15] , ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-810265-16 onder 1 bewezen verklaarde een bedrag te betalen van
€ 165,00 (honderdvijfenzestig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
3 (drie) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 36]
Wijst de vordering van de benadeelde partij tot schadevergoeding voor een bedrag van
€ 500,00 (vijfhonderd euro) aan immateriële schadeaf.
Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M. Lolkema, mr. N.A. Schimmel en mr. M.E. Hinskens - van Neck, in tegenwoordigheid van mr. C. de Beer, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 26 juni 2018.
Mr. M. Lolkema en mr. M.E. Hinskens - van Neck zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Dossier 15/108993-15: Proces-verbaal van aangifte met nummer PL10AL-2014011864-2, p. 14A-14C
2.Dossier 15/108993-15: Proces-verbaal van aangifte met nummer PL10AL-2014029842-1, p. 11-12
3.Dossier 15/108993-15: Proces-verbaal van verhoor aangever met nummer PL1000-2014029842-17, p. 13-14