ECLI:NL:GHAMS:2018:4359
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor diefstal van levensmiddelen
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 13 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 13 april 2018 was gewezen. De verdachte, geboren in 1969, was beschuldigd van diefstal van levensmiddelen van een supermarkt. De tenlastelegging stelde dat de verdachte op of omstreeks 17 november 2017 in Amsterdam meerdere levensmiddelen had weggenomen met het oogmerk om deze wederrechtelijk toe te eigenen. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof de camerabeelden bekeken en de verklaringen van de verdachte en zijn raadsvrouw gehoord. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zou worden vrijgesproken. Het hof heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was om vast te stellen dat de verdachte het ten laste gelegde feit had gepleegd. De verdachte heeft steeds ontkend zich schuldig te hebben gemaakt aan de diefstal. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastelegging. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarbij de rechters aanwezig waren op de openbare terechtzitting.