Uitspraak
mr. M.L. Dingemans, kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. Ph.W. Schreurs, kantoorhoudende te Eindhoven, thans geen,
mr. D.E.A.F. Aertssenen
mr. N.P.F.E. van der Peet,beiden kantoorhoudende te Maastricht,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, behandeld door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, is op 31 oktober 2018 een beschikking gegeven inzake JALTE HOLDING B.V. en JOBPEN HOLDING B.V. De zaak betreft een verzoek tot ontheffing van mr. O.J.H.M. van Eijndhoven uit zijn functie als bestuurder van JOBPEN HOLDING B.V. en de aanwijzing van mr. Ph.W. Schreurs als opvolgend bestuurder. Dit verzoek werd gedaan naar aanleiding van persoonlijke omstandigheden van Van Eijndhoven, die hem noodzaakten zijn werkzaamheden tijdelijk neer te leggen. De Ondernemingskamer had eerder al een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van JOBPEN over de periode vanaf 1 januari 2013, waarbij Van Eijndhoven was benoemd tot zelfstandig vertegenwoordigingsbevoegde bestuurder.
De Ondernemingskamer heeft in haar beslissing overwogen dat, gezien de instemming van partijen met het verzoek tot ontheffing en de aanwijzing van Schreurs, er geen belemmeringen zijn om aan dit verzoek te voldoen. De beschikking verklaart de ontheffing van Van Eijndhoven en de aanwijzing van Schreurs als opvolgend bestuurder, en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Deze beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier en de betrokken rechters.
De zaak illustreert de procedures rondom het bestuur van vennootschappen en de rol van de Ondernemingskamer in het toezicht op het bestuur en de besluitvorming binnen ondernemingen. Het is een voorbeeld van hoe persoonlijke omstandigheden van bestuurders kunnen leiden tot tijdelijke ontheffingen en de noodzaak van opvolging in het bestuur.