Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
Schildkraut Archive
6th January, 2014.
grief 1gericht. Voorts heeft de rechtbank, naar aanleiding van het standpunt van de Stichting dat artikel 23 Aw een beperking van het auteursrecht bevat die erin voorziet dat eigenaren van werken deze kunnen tentoonstellen, zonder toestemming van de auteursrechthebbende, in rov 4.8 overwogen dat de beperking van artikel 23 Aw geen betrekking heeft op (de tentoonstelling van) andere dan artistieke werken. Hierop ziet
grief 2. Deze grieven lenen zich voor gezamenlijke behandeling.
medeverstaan (…).” [cursivering hof])
Hetzelfde geldt voor een tentoonstelling.” [cursivering hof]
een teken-, schilder-, bouw- of beeldhouwwerk of een werk van toegepaste kunstbevoegd dat werk te verveelvoudigen of
openbaar te makenvoor zover dat noodzakelijk is voor
openbare tentoonstelling(…).” [cursivering hof]
grief 3.
grief 4van de Stichting gericht.
grief 5gericht.
grief 6betoogt de Stichting dat de rechtbank niet in haar overwegingen heeft betrokken dat de vorderingen van het Fonds in strijd zijn met het Notariële Testament van Otto Frank en de Stichting op grond van haar gebruiksrecht/duurovereenkomst het recht heeft de drie brieven tentoon te stellen. Ook is de Stichting op grond van haar eigendomsrecht op de drie brieven bevoegd deze tentoon te stellen.
grief 1gericht.
grief 7 in principaal appelen
grief 2 in incidenteel appelbehandeld en verworpen.