Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
STICHTING TER INCASSO VAN COMMERCIAL KABELGELDEN,
1.verenigingVEVAM,
ASSOCIATION DE GESTION INTERNATIONALE COLLECTIVE DES OEUVRES AUDIO-VISUELLES,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
grief I onder Ben
grief IIbetoogt Tick dat na afloop van het Kabelcontract een nieuwe overeenkomst is gesloten genaamd het convenant en dat die overeenkomst evenals het Kabelcontract gezien moet worden als een overeenkomst waarbij de toestemming en betalingen zijn geregeld ten aanzien van de openbaarmaking en doorgifte van filmwerken. Het hof zal deze grieven behandelen na behandeling van de grieven IV tot en met XI.
grieven IV tot en met XIstrekken alle ten betoge dat de Overeenkomst niet, zoals door de rechtbank beslist, rechtsgeldig tegen 31 december 2010 is opgezegd. Deze grieven lenen zich voor een gezamenlijke behandeling.
opzeggingvan de Overeenkomst tegen 31 december 2010 in het licht van de genoemde omstandigheden effectief is geweest.
over de voortzetting van deze overeenkomst een en ander samenhangend met de status van het aan partijen genoegzaam bekende zogenaamde Kabelcontract op dat moment.” Agicoa heeft gesteld dat uit deze bepaling volgt dat de Overeenkomst voor bepaalde tijd is gesloten, namelijk voor zolang als het Kabelcontract van kracht zou zijn. Het hof volgt Agicoa hierin niet. Voor de strekking van deze bepaling komt het aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. De partijen bij deze overeenkomst, Vevam en Tick, hebben beiden gesteld dat zij aan de Overeenkomst het karakter hebben toegekend van een duurovereenkomst voor onbepaalde tijd (Vevam in alinea 38 memorie van antwoord). Het hof volgt deze zin die partijen aan de Overeenkomst hebben toegekend.
grief I onder Ben
grief IIheeft Tick betoogd dat na afloop van het Kabelcontract een nieuwe overeenkomst is gesloten genaamd het Convenant en dat die overeenkomst gezien moet worden als van gelijke strekking als het Kabelcontract. Het hof volgt Tick hierin niet omdat Agicoa en Vevam vervolgens onbetwist hebben toegelicht dat het Kabelcontract een overkoepelende overeenkomst was tussen één rechtencollectief van de rechthebbende cbo’s en de kabelmaatschappijen, terwijl het Convenant een pas later in 2015 gesloten tijdelijke regeling is tussen slechts een aantal partijen, te weten Lira, Pictoright en Vevam (Vevam alleen voor regisseurs) als nieuw collectief “PAM” en RoDAP (distributeurs, producenten en omroepen), in een ander veld van afspraken waarin Agicoa afzonderlijk (tijdelijke) regelingen had met kabelexploitanten en BUMA/Stemra weer afzonderlijke afspraken had gemaakt met RoDAP. Deze individuele afspraken vonden bovendien hun grondslag in een andere juridische context, te weten het in 2015 ingevoerde nieuwe artikel 45d Auteurswet (verder ook Aw), anders dan het Kabelcontract dat gegrond was op artikel 26a Aw, waarbij Agricoa en Vevam er ook op hebben gewezen dat ingevolge artikel 45d lid 6 Aw geen vergoeding toekomt aan makers van commercials. Aldus is naar het oordeel van het hof het Convenant niet aan te merken als een voortzetting van het Kabelcontract. Deze grieven falen derhalve.
grief XIIkomt Tick op tegen haar veroordeling door de rechtbank om uit hoofde van onverschuldigde betaling aan Vevam € 180.758,79 (terug) te betalen, zijnde het door Vevam betaalde bedrag voor het jaar 2011. Zoals uit het voorgaande volgt eindigt de Overeenkomst niet, zoals door de rechtbank geoordeeld, op 31 december 2010, maar op 1 oktober 2012. Dat brengt mee dat Vevam het bedrag voor het jaar 2011 niet onverschuldigd heeft betaald, zodat deze grief slaagt. Het hof zal overeenkomstig de vordering van Tick onder F. in appel Vevam veroordelen om dit bedrag weer aan Tick (terug) te betalen.
grief XIIziet op de beslissing van de rechtbank om het proces-verbaal van de comparitie niet aan te passen. Nu Tick al hetgeen zij in het proces-verbaal had willen doen opnemen in appel naar voren heeft kunnen brengen heeft zij geen belang meer bij deze grief, zodat die verder onbehandeld kan blijven.