ECLI:NL:GHAMS:2018:3001
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- M.M. van der Nat
- F.M.D. Aardema
- A.E. Kleene-Krom
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis inzake invoer van cocaïne met strafmotivering
Op 16 augustus 2018 heeft het gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, dat op 28 december 2017 was gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren in Suriname in 1977, die momenteel gedetineerd is in P.I. Ter Apel. De verdachte is in eerste aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van 40 maanden voor het invoeren van 6.486,7 gram cocaïne op Schiphol. De advocaat-generaal heeft in hoger beroep dezelfde straf gevorderd, terwijl de raadsvrouw heeft gepleit voor een straf van maximaal 36 maanden, verwijzend naar de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder schulden en het feit dat hij niet op de hoogte was van het gewicht van de drugs. Het hof heeft de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan in overweging genomen. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het invoeren van een aanzienlijke hoeveelheid cocaïne, wat een bedreiging vormt voor de volksgezondheid en leidt tot criminaliteit. Het hof heeft de straf bepaald op basis van de LOVS-orientatiepunten, die een gevangenisstraf van 40 tot 42 maanden aanbevelen voor dergelijke zaken. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, met inachtneming van de strafmotivering, en heeft geen aanleiding gezien om de straf te matigen. Het arrest is uitgesproken op een openbare terechtzitting.