De notaris heeft verweer gevoerd. De notaris heeft over de omstandigheden van het onderhavige geval - samengevat weergegeven - in eerste aanleg en hoger beroep het volgende verklaard.
De vriend van moeder heeft de notaris op 7 november 2016 benaderd in verband met hun wens om een aantal zaken te regelen. De notaris had nooit eerder contact gehad met de vriend en evenmin met moeder. De vriend vertelde de notaris dat er haast bij was omdat moeder terminaal ziek was. Vervolgens heeft de notaris de vriend geadviseerd en in overleg met de vriend voor zowel de vriend als moeder concepten van akten opgesteld. Deze concepten heeft de notaris op 8 november 2016 per mail aan de vriend toegezonden. In deze concepten was rekening gehouden met onderlinge verrekeningen vanaf 2015, die volgens opgave van de vriend onderling waren overeengekomen. De notaris weet niet meer of de concepten daarna nog zijn aangepast.
De concepten lagen uitgeprint op de (salon)tafel toen de notaris de vriend en moeder op 9 november 2016 thuis bezocht. De notaris zou op dat moment primair langs komen om hun wensen en de concepten met de meegestuurde toelichting te bespreken. Wel had de notaris toegezegd de akten mee te zullen nemen zodat, wanneer moeder nog in staat zou zijn om te tekenen en de ondertekening niet kon worden uitgesteld, naar bevind van zaken zou kunnen worden gehandeld.
De notaris heeft plaatsgenomen bij moeder, die op de bank zat. Hij heeft met moeder een gesprek gehad dat rustig en goed verliep. Moeder was goed aanspreekbaar. Ze vertelde hem dat ze terminaal was en dat het niet goed met haar ging. Verder vertelde ze hem dat er op dat moment veel spanningen waren tussen de kinderen, met wie ze recentelijk weer goed contact had gekregen, en de vriend. Moeder gaf daarbij duidelijk aan dat zij in tweestrijd verkeerde en dat zij het een moeilijke en vervelende situatie vond. Ze wilde alles goed regelen. Moeder wilde in eerste instantie een samenlevingscontract sluiten en tevens de vriend als erfgenaam benoemen. Gezien de gezondheidssituatie van moeder was de notaris van mening dat een samenlevingscontract weinig zinvol was en dat de opgestelde volmachten (waarin een verrekening was opgenomen) en testamenten eveneens tot het beoogde resultaat zouden leiden. Moeder kon zich daarin vinden. Moeder heeft er tevens voor gekozen om de vriend, die geen erfgenaam wilde worden, niet als erfgenaam te benoemen. De vriend was niet continu bij het gesprek aanwezig en de notaris heeft ook met moeder alleen gesproken. Moeder had een duidelijk standpunt en een duidelijke mening. Het ging haar vooral om het regelen van het executeurschap.
Het gesprek verliep rustig, open en eerlijk totdat na ruim een halfuur de portiekbel ging omdat de dochter aanbelde. Tegen de dochter werd gezegd dat zij niet binnen kon komen en de dochter ging een aantal keren bellen omdat zij het daar niet mee eens was. Dat gaf irritatie bij de vriend en ook bij moeder. De notaris heeft toen aangeboden om later op een rustig moment terug te komen, maar de vriend en moeder wilden dat niet. Zij wilden, mede gelet op de gezondheidssituatie van moeder, een en ander direct regelen. De notaris had op dat moment geen enkel gevoel dat het niet goed zat, terwijl hij daar wel op getraind is. De concepten waren conform de wensen van moeder. Vervolgens hebben de vriend en moeder de akten ondertekend. Moeder gaf weliswaar aan dat het voor haar moeilijk zou zijn om een handtekening te plaatsen, maar het was een redelijke handtekening. Het bezoek van de notaris heeft ongeveer een uur geduurd. Ondanks de ernstige ziekte van moeder had de notaris geen indicatie of twijfel dat deze haar wilsbekwaamheid zodanig had beïnvloed dat zij niet wist wat zij deed.