ECLI:NL:GHAMS:2018:1201
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Klacht tegen notaris over wilsbekwaamheid van erflater bij passeren testamenten en schenkingsakte
In deze zaak heeft klaagster, de dochter van erflater, een klacht ingediend tegen de notaris. Klaagster verwijt de notaris dat hij in strijd met zijn zorgplicht heeft gehandeld door testamenten en een schenkingsakte te passeren zonder de wilsbekwaamheid van erflater te onderzoeken. Erflater, geboren in 1933, was in de jaren voorafgaand aan zijn overlijden meermalen in het ziekenhuis opgenomen en leed aan dementie. Klaagster stelt dat erflater niet in staat was om zijn wil te bepalen op het moment van het passeren van de akten, en dat de notaris had moeten twijfelen aan zijn wilsbekwaamheid gezien de aanwezige indicatoren van wilsonbekwaamheid.
De notaris heeft echter verweer gevoerd en gesteld dat hij voldoende alert is geweest op de wilsbekwaamheid van erflater. Hij heeft erflater meerdere keren gesproken en was van mening dat erflater consistent was in zijn wensen en in staat was om de gevolgen van zijn handelen te overzien. Het hof heeft de klacht van klaagster ongegrond verklaard en bevestigd dat de notaris niet tekort is geschoten in zijn zorgplicht. Het hof oordeelt dat de notaris voldoende onderzoek heeft gedaan naar de wilsbekwaamheid van erflater en dat er geen aanleiding was om aan zijn wilsbekwaamheid te twijfelen. De beslissing van de kamer wordt bevestigd.