ECLI:NL:GHAMS:2018:1048
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige na ernstige letsel in de thuissituatie
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 27 maart 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [de minderjarige]. De ouders, de vader en de moeder, hebben in hoger beroep de beschikking van de rechtbank Noord-Holland van 22 september 2017 aangevochten, waarin de machtiging tot uithuisplaatsing was verlengd. De minderjarige is op 13 augustus 2016 in het ziekenhuis opgenomen met ernstig letsel, wat leidde tot een ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing. De ouders hebben gezamenlijk het gezag over de minderjarige, maar er zijn ernstige zorgen over hun opvoedcapaciteiten, vooral na het voorval waarbij de minderjarige letsel heeft opgelopen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 16 februari 2018 zijn de ouders, de GI (William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering) en de Raad voor de Kinderbescherming vertegenwoordigd. De GI heeft betoogd dat terugplaatsing van de minderjarige bij de ouders risicovol is, gezien het verleden van letsel en de zorgen over de opvoedcapaciteiten van de ouders. De Raad heeft geadviseerd om de bestreden beschikking te bekrachtigen, gezien de zorgen over de opvoedsituatie en de speciale behoeften van de minderjarige.
Het hof heeft geoordeeld dat de gronden voor de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing zowel ten tijde van de bestreden beschikking als op de datum van de uitspraak aanwezig waren. De ouders hebben niet adequaat gehandeld na het letsel van de minderjarige en er zijn twijfels over hun vermogen om de veiligheid van de minderjarige te waarborgen. Het hof heeft de verzoeken van de ouders in hoger beroep afgewezen en de bestreden beschikking bekrachtigd.