ECLI:NL:GHAMS:2018:1035
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep kort geding
- C.G. Kleene-Eijk
- H.A. van den Berg
- M.C. Schenkeveld
- Rechtspraak.nl
Hertrouwen met dezelfde partner en de gevolgen van eerder huwelijk; kenbaarheid huwelijkse voorwaarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding dat is ingesteld door [X] tegen ABN AMRO BANK N.V. [X] is op 30 mei 1990 gehuwd met [Y] en heeft huwelijkse voorwaarden overeengekomen die uitsluiting van gemeenschap van goederen inhielden. Na een echtscheiding op 11 juni 2014 zijn [X] en [Y] op 30 september 2014 opnieuw met elkaar gehuwd. Bij het huwelijk herleefden de huwelijkse voorwaarden, maar deze waren op het moment van beslaglegging op 20 oktober 2016 niet ingeschreven in het huwelijksgoederenregister. ABN AMRO legde executoriaal derdenbeslag op de uitkering van [X] bij het UWV, wat leidde tot een geschil over de rechtmatigheid van dit beslag.
De voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam heeft de vorderingen van [X] tot opheffing van het beslag en terugbetaling van geïncasseerde bedragen afgewezen. [X] ging in hoger beroep en stelde dat de huwelijkse voorwaarden, ondanks het ontbreken van inschrijving, van toepassing waren op het nieuwe huwelijk. Het hof oordeelde dat de huwelijkse voorwaarden van [X] en [Y] herleefden met het nieuwe huwelijk en dat ABN AMRO niet gerechtigd was om beslag te leggen, aangezien de huwelijkse voorwaarden op het moment van beslaglegging wel degelijk ingeschreven waren in het huwelijksgoederenregister. Het hof vernietigde het vonnis van de voorzieningenrechter en gaf [X] gelijk, waarbij het beslag werd opgeheven en ABN AMRO werd veroordeeld tot terugbetaling van de geïncasseerde bedragen met wettelijke rente.
De uitspraak benadrukt het belang van de inschrijving van huwelijkse voorwaarden en de gevolgen van hertrouwen voor de rechtspositie van partijen. Het hof stelde vast dat de huwelijkse voorwaarden van toepassing waren, ondanks de eerdere echtscheiding, en dat ABN AMRO niet op de hoogte was van deze omstandigheden, wat leidde tot de onrechtmatigheid van het beslag.