Uitspraak
mr. T. Steffensen
mr. T. Welschen, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. B. Coskun,kantoorhoudende te Amsterdam,
[C],
mr. B. Coskun,kantoorhoudende te Amsterdam.
Het verloop van het geding
- verzoekster sub 1 als [A] ;
- verzoekster sub 2, tevens verweerster, als Royaums;
- belanghebbende sub 1 als [B] ;
- belanghebbende sub 2 als [C] ;
- belanghebbenden sub 1 en 2 als [C] c.s.
- [D] als [D] .
- naar de Ondernemingskamer begrijpt - de schorsing van [C] als bestuurder te beëindigen, dan wel de getroffen onmiddellijke voorziening ten aanzien van het bestuur te beëindigen.
2 De feiten
Royaums had ten tijde van de terechtzitting een bedrag van circa € 450.000 aan liquide middelen”, niet klopt. Hetgeen [C] daarover ter terechtzitting van 20 oktober 2016 naar voren heeft gebracht, is achteraf onjuist gebleken. De Ondernemingskamer verwijst naar hetgeen hierover staat opgemerkt in de hierna aan te halen toelichting in het ontheffingsverzoek van Molenaar en diens aanvullend rapport van 8 december 2016.
€ 84.700 (inclusief btw) aan Royaums voldaan. Op 2 november 2016 heeft Taha Holding tevergeefs getracht de hierboven genoemde roerende zaken bij Rijnlanden op te halen. De riemen en buckles zijn thans niet meer aanwezig in de bedrijfsruimte van Royaums.
3.De gronden van de beslissing
- De precieze financiële toestand is hem niet duidelijk, maar wel is duidelijk dat Royaums geen bedrijfsmiddelen heeft om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten of haar schuldeisers te voldoen.
- Hij heeft uit de administratie van Royaums, die maar beperkt beschikbaar was, opgemaakt dat Royaums op 1 november 2016 een drietal betalingen heeft verricht aan M-Force B.V., voor een bedrag van in totaal € 135.000 onder vermelding van “
- Vanaf oktober 2016 zijn grote bedragen door Royaums betaald aan buitenlandse rechtspersonen waarmee Royaums geen zakelijke verhouding heeft.
- Het huurpand van Royaums is leeg. Computers en nagenoeg de hele administratie zijn daaruit verwijderd.
- Het contact met [D] en mr. Steffens heeft Molenaar als constructief ervaren.
- Het is hem niet gelukt [C] te spreken te krijgen ondanks herhaalde pogingen daartoe.
- Uit de administratie van Royaums is naar voren gekomen dat [C] op 11 november 2016, na zijn schorsing als bestuurder van Royaums, een vijftal opnames heeft verricht, waarbij het vermoedelijk gaat om (maximale) kasopnames bij de geldautomaat.
- Anders dan [C] , heeft [D] alle medewerking aan Molenaar verleend.
- [C] heeft facturen overgelegd van Lotanhold, Nevada Transport, Taha Holding, M-Force en SAA S.R.L. Deze facturen komen Molenaar niet authentiek voor en voor zover zij al authentiek zijn, moet aan het zakelijk karakter daarvan worden getwijfeld. Het is voor Molenaar onbegrijpelijk op welke wijze [C] het belang van de vennootschap heeft meegewogen bij zijn beslissing om deze al dan niet authentieke facturen namens Royaums te betalen in oktober en november 2016. Die betalingen hadden het evidente gevolg dat de vennootschap materieel werd geliquideerd.
- Molenaar heeft in beginsel (een door hem gemaakt voorbehoud komt hierna aan de orde in het bericht van Van Woudenberg) geen bezwaar tegen beëindiging van de schorsing van [D] als bestuurder.
sample sale- waarvan zij [C] op de hoogte heeft gesteld - succesvol is geweest en dat daarvan inmiddels rekening en verantwoording is afgelegd, (iv) zij [C] heeft gesommeerd de administratie ter beschikking te stellen, maar dat dit geen effect heeft gehad, (v) het van het grootste belang is dat Royaums de beschikking heeft over merkrechten, domeinnamen en social media profielen, (vi) [D] zo spoedig mogelijk als bestuurder moet kunnen optreden en (vii) [C] niet in het belang van de onderneming van Royaums handelt en heeft gehandeld.
sample saleop illegale wijze heeft plaatsgevonden en dat onduidelijk is wat er met de opbrengst is gebeurd, dat de beheerder partij kiest voor [D] en nalaat [C] te informeren, dat [D] een onjuist beeld schetst van de situatie in de onderneming en dat het ontbreken van liquide middelen aan [D] is te wijten, gelet op de overeenkomsten die hij namens Royaums heeft gesloten met onder meer Lotanhold en Nevada Transport. Mr. Coskun heeft ter terechtzitting in aanvulling hierop naar voren gebracht dat [C] niet over de administratie beschikt en dat de gewone rechter moet oordelen over de vraag of de overdracht van de domeinnamen aan Taha Holding dient plaats te vinden. Enige betrokkenheid van [C] bij Taha Holding heeft hij ontkend.