Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlasteleggingen
15-139116-16:
hij op of omstreeks 5 juli 2016 te [plaats], gemeente Zandvoort, althans in Nederland, een goed te weten een snorfiets (met kenteken [kenteken]) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden: hij op of omstreeks 27 juni 2016 in de gemeente Haarlem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een snorfiets (met kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.
15-146426-16(gevoegd):
Vonnis waarvan beroep
(het hof begrijpt: op 29 juni 2016)heeft gestolen in Zandvoort.
Bewezenverklaring
15-139116-16:
hij op 5 juli 2016 te [plaats], gemeente Zandvoort, een goed te weten een snorfiets (met kenteken [kenteken]) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van dit goed wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
15-146426-16(gevoegd):
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Oplegging van straf en maatregel
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
40 (veertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis.
€ 220,00 (tweehonderdtwintig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 220,00 (tweehonderdtwintig euro) als vergoeding voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
4 (vier) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.